Dagelijks is
bijvoorbeeld iets wat je elke dag één keer moet doen. Een pil nemen of zo. Of
naar de bakker gaan. Het wijst op regelmaat.
Dagdagelijks lijkt mij meer met sleur en gewoonte te maken te
hebben. En met banaliteit. Ik geef toe dat het betekenisverschil tussen beide
woorden meer een nuance is, en moeilijk onder woorden te brengen. Wat mooi en
lelijk betreft, tja, dat is nog moeilijker te verantwoorden. Maar het woord
dagdagelijks 'afschuwelijk stompzinnig'
vinden, Jan Willem Maris, lijkt me toch een beetje overdreven. Het moet lastig
zijn om daarmee te leven. ;-)