zondag 20 november 2016

driekleur 280



Dan deed Nocio Butera of hij er inmiddels zelf ook om moest glimlachen, en hij mompelde: ‘Ja… o ja…’, waarbij hij zich met zijn pafferige handen in de zwarte bakkebaarden op de hoogrode wangen krabde, of op zijn mopsneus of oren de brug of de poten van zijn gouden bril recht zette.

Luigi Pirandello, De zwarte sjaal, 73