maandag 31 maart 2014

facebookbericht 556



We zijn tegen het neoliberalisme en de repressieve mentaliteit. Als partijgenoot vul ik aan: van Groen mag je ook aandacht voor de ecologie verwachten! (Waarmee die partij zich niet populair opstelt, als je de enquête 'Foto van Vlaanderen' bekijkt, waaruit blijkt dat 'het milieu' de voorlaatste bekommernis is van 'de Vlaming'; enkel 'meer Vlaamse autonomie' komt daar nog achter - wat dan weer positief is!)

tour 8



25 februari 2014

Ik heb de voorbije dagen heel wat mensen op de hoogte gebracht van mijn voornemen om mijn tour te maken. De reacties zijn gematigd, een beetje mat zelfs. Niet dat ik applaus en ongeloof of schouderklopjes verwacht, maar het is toch ook niet niks? Maar ik begrijp dat ik in deze tijden van spectaculaire trektochten, survivalreizen en georganiseerde kicks met mijn voornemen om op een trekfiets met vier reistassen Frankrijk rond te rijden a rato van plusminus honderd kilometer per dag niet meer dan een doetje ben. Een man in de midlife. Ik had mij ook een Harley kunnen aanschaffen. Of een maîtresse.

Hier en daar zie ik toch een zweem van afgunst. Dat doet dan weer erg veel deugd, vreemd genoeg. Ik, die er anders nooit prijs op stel dat anderen jaloers zijn op wat ik doe of ben of heb, ben er hier niet ongevoelig voor. De behoefte aan erkenning voor het feit dat ik toch iets speciaals van plan ben, is blijkbaar aanwezig. Wat zegt dat over mezelf?

Maar eigenlijk wou ik het daar niet over hebben. Wel dit: door het overal uit te bazuinen, in de weinige kringen waar ik kom, zet ik mezelf voor het blok. Ik kan niet meer terug. Nu móet ik die reis wel maken,  op straffe van gezichtsverlies. Niet dat ik daar heel erg mee inzit, maar toch, het zet me wel onder druk. De plannen om de reis te maken worden er minstens concreter door, het vooruitzicht effectief op een dag te vertrekken, onontkoombaarder.

Die datum, overigens, ligt nu min of meer vast. Het wordt dinsdag 29 april. Eerder kan niet want op 28 april heb ik nog een leesclub te begeleiden. Over Het proces van Franz Kafka! Mijn terugkeer op uiterlijk zaterdag 24 mei wordt uiteraard door de verkiezingen ingegeven. Ik moet op 25 mei mee helpen bouwen aan de dam tegen neoliberalisme, nationalisme en kortzichtigheid.

Van 29 april  tot en met 24 mei: ik zal 26 dagen onderweg zijn. Dat is niets natuurlijk, het zal in een zucht voorbij zijn, maar tegelijk is het ook een eeuwigheid voor iemand die nooit langer dan vijf dagen alleen op reis is geweest. Dat betekent dat ik, uitgaande van de veronderstelling dat ik de eerste week gemiddeld 90 kilometer per dag zal doen, de tweede week 110, de derde 130, drie dagen 150 en twee rustdagen niets, een traject moet uitstippelen van om en bij de 2750 kilometer. Ik zal dus geen volledige tour kunnen maken aangezien ik daarvoor minstens een totale afstand van 3000 of zelfs 3500 kilometer moet begroten.

Een week of wat geleden was ik tijdens de middagpauze op mijn werk met dat uitstippelen bezig. Met de routebeschrijvingsfunctie van Google Maps tekende ik op de kaart van Frankrijk rudimentair een opstaande rechthoek: Brugge-Straatsburg, Straatsburg-Arles, Arles-Toulouse, Toulouse-Chartres-Brugge. De zuidoostelijke uithoek van Frankrijk moet ik, omwille van het hooggebergte, hoe dan ook links laten liggen; om ook de uithoek Bretagne aan te doen, heb ik minimum een week extra nodig. Mijn rechthoekige traject blijft dus ver van de zuidoostelijke grens met Italië en van de Atlantische kust verwijderd. J. kwam naast mijn werkpost staan. ‘Ga je een reis maken?’ vroeg hij geïnteresseerd. Dat was een goede gelegenheid om het te vertellen. J. is zelf een fietser, hij maakte een paar jaar geleden een reis door het Atlasgebergte. Hij bewonderde mijn voornemen en moedigde mij aan mijn plannen zeker ten uitvoer te brengen.

Ik vertelde het vorige week ook, zoals ik al meldde, aan P., de dochter van O. Toen ik haar in grote trekken mijn geplande traject had uitgelegd, zei ze me dat er voor de weg van Straatsburg naar Arles een uitgestippelde route bestaat. (Ik wist dat, had mij al voorgenomen het desbetreffende boekje eens op te zoeken.) En, zei P., ik heb dat traject samen met mijn vader afgelegd.

Dat was net voordat we het over het opschrift J’AI TOUJOURS VOULU LE FAIRE hadden.

P. stelde me voor het boekje, dat aan haar vader had toebehoord, uit te lenen. Ik moest het maar gaan ophalen bij haar moeder, die in de Grauwwerkersstraat in Brugge woont.

3551

Brussel, Centraal Station - 140131

zondag 30 maart 2014

niet opgenomen 54

140207

los ingeslagen 182

13 februari 2014



’s Avonds de beneveling, halve nachten op, een sociaal leven náást de wereld, een werk dat volledig los van alles staat, de urenlange omgang met fictie en met eigen gedachtespinsels – de afgelopen maanden bekruipt mij een gevoel van irrealiteit. Zeker ook niet vreemd daaraan is mijn toenemende onvrede met de gang van zaken in de wereld waarin ik, hoe dan ook, te leven heb.

doordeweekse zinnen 380-387



140323

380. De vraag is alleen of die agenda dan nog droog zal zijn.

140324

381. Je zou je op den duur afvragen waarom je als man zo door decolletés gefascineerd kunt zijn!

140325

382. Er zullen er geen zijn als je de lintjes komt ophalen.

140326

383. Dichter dan vandaag zal de president van de Verenigde Staten mij nooit naderen.

140327

384. Aan de hand van een kaartspel en een stellingenspel ontdekken leerlingen in één uur wat de meerwaarde is van samen spelen.

140328

385. Hoe weet je zeker dat die nonnetjes niet uit Finland of Denemarken komen?

386. De kandidaat wist wie Alvar Aalto was.

140329

387. Ik meen mij te herinneren dat je op een paar paarse schoenen door Parijs struinde...

3550

Brugge, Stationsplein - 140131

zaterdag 29 maart 2014

de dingen 92

120429

niet opgenomen 53

140203

reactie



Goede middag Pascal

Misschien volstaan 5 minuten niet om een reeks van 10 afleveringen ernstig te beoordelen?

De reeks ‘In Vlaamse velden’ kan inderdaad bekritiseerd worden als historisch onjuist op bepaalde aspecten, dat zegt ook een ervaren licentiate geschiedenis me. Volgens haar is de grote waarde van de reeks dat ze kon vaststellen dat de leerlingen, vooral van het 5de en 6de jaar middelbaar, massaal ernaar hebben gekeken. Als die jongeren in de komende tijd in de Westhoek een oorlogskerkhof bezoeken, dan hebben ze ondertussen toch een pakkend en redelijk juist beeld gekregen van de ellende in de loopgraven, waar al die jonge mensenlevens verkwist werden. Volgens mij maakt dit de reeks wél waardevol!
Met vriendelijke groeten,

C.

*

Dag C.

Dank je voor je pertinente reactie. Mijn beoordeling betrof de esthetiek van de beelden en hun veronderstelde relatie met de historische werkelijkheid, niet de pedagogische waarde van de reeks. Waarbij hoe dan ook dient te worden opgemerkt hoe triestig het zou zijn als jongeren enkel nog met ‘gladde’ en ‘scherpe’ beelden zouden kunnen worden gemobiliseerd. En bovendien: wat is de waarde van hun besef, als ze op tv en in games al duizenden virtuele doden hebben gezien en eventueel al duizenden virtuele vijanden hebben uitgeschakeld? 

Maar het is natuurlijk wel nog mogelijk om hen historisch besef bij te brengen. Ooit zag ik een klas jonge Britse studenten op de militaire begraafplaats van Thiepval in Noord-Frankrijk. De imposante architectuur van Lutyens en vooral het charisma van de leraar bezorgden iedereen, mij als toevallige passant inclusief, koude rillingen. Een van de leerlingen moest een tekst voorlezen, dan moest iedereen zijn eigen naam zoeken in de in witte zandsteen gebeitelde kolommen, en dan volgde er nog een minuut stilte. Er was niets anders mogelijk dan ingetogenheid en een diep doorvoeld historisch besef. Maar goed, als de reeks ‘In Vlaamse velden’ tot iets dergelijks heeft bijgedragen, mag hij voor mij zeker bestaan!

Met vriendelijke groet,
Pascal