notitie 361
DARDENNISERING
Bij sommige films vraag ik mij af hoever je met minimalisme kunt gaan. Natuurlijk besef ik wel dat een film maken een prijzige onderneming is en dat het maar goed is dat er ook buiten het circuit van de miljoenenproducties plaats is voor cinematografische creativiteit. Mits elke cent drie keer om te draaien, niet te morsen met decors en belichting, ruimte te laten voor improvisatie, niet te malen om een camera die beweegt alsof je in een permanente aardbeving bent verzeild geraakt. Loach, de gebroeders Dardenne, de Deense Dogma 95-school waaruit Von Trier en Vinterberg zijn voortgekomen: ze hebben er een patent op. Het verhaal en de psychologie van de karakters staan voorop – de beelden lijken er maar bij te zijn omdat je nu eenmaal geen film kunt maken zonder.Maar hoever kun je met dergelijk minimalisme gaan? Ik zie ook graag een verzorgde kadrering, een goede belichting, zorgvuldig uitgekozen rekwisieten (waarbij je in dezelfde film bijvoorbeeld niet drie keer dezelfde oldtimer op verschillende plaatsen ziet geparkeerd staan; waarin je überhaupt nog beelden van de straat ziet en niet voortdurend van onderuit gefilmde luchten omdat dat nu eenmaal goedkoper is dan het reconstrueren van een eigentijds straatbeeld) en vooral: een beeld dat vast is en niet een waar je zeeziek van wordt. Dat is de voornaamste reden waarom ik bij het miserabilisme van de Dardennes ben afgehaakt: ik werd zeeziek van dat vanop de schouder gefilmde gewiebel aan de Maas in Luik, nochtans een heel eind verwijderd van de monding in Rotterdam.
Nu had ik het weer, met Aftersun, de debuutfilm van de Schotse regisseuse Charlotte Wells. Paul – Normal People – Mescal speelt de hoofdrol als een depressieve gescheiden vader die met zijn elfjarige dochtertje, Sophie, het onzalige idee heeft opgevat om een week of twee in een ordinair Turks resort door te brengen in een poging, ja, in een poging waartoe? Om het onafwendbare af te wenden? Om het kind kind te laten blijven? Om zelf weer wat zin in het leven te vinden? En dat laatste in een Turks resort? Neen toch?
Om de heilloosheid van een Turks resort in beeld te brengen zijn er waarachtig niet veel middelen nodig. Het Turkse binnenland is in de film aanwezig met een bezoekje aan een antieke site. Die lag er al, dus was daar niet veel decorbouw voor nodig. En de reis naar ginder zal wel gesponsord zijn geweest door een of andere lowcost-vliegtuigmaatschappij.
Qua psychologische diepgang mag Aftersun er wel zijn. In beide hoofdpersonages: de depressie van de vader en de coming of age van het meisje. Dat meisje trouwens doet het heel erg goed als actrice. De acteerprestatie daarentegen van de nochtans bejubelde Mescal vind ik behoorlijk lijzig en weinig geprofileerd.
Het scenario bestaat in hoofdzaak uit een opeenvolging van treurniswekkende scènes. Het verlies van een duikbril, als aankondiging van naderend onheil, en het niet willen meezingen van de vader met een karaokeperformance van zijn dochter lijken zowat de belangrijkste plotwendingen. De karaoke betreft nota bene Losing my Religion, voor het geval de toeschouwer niet zou begrepen hebben dat Sophie daar en dan het geloof in haar vader definitief verliest. Wanneer de film eindigt met de songline ‘This is our last dance’ uit Under Pressure van Bowie + Mercury, kreeg ik toch de indruk van een overdosis nadrukkelijkheid.
Vreemd genoeg lijkt Wells de minimalistische armetierigheid en het uitblijven van filmische schoonheid nog te willen benadrukken door de beelden die Sophie maakt met de camera van papa te integreren in haar film. Zeer onvolkomen opnames zijn het, met storingen en foute kadreringen en wazige scherpstellingen. En niet te vergeten de blijkbaar onmisbare zeeziekmakende wiebeligheid. Ik snap wel dat dit beeldmateriaal voor het meisje, gezien het verloop van de gebeurtenissen, een extra meerwaarde krijgt, maar voor de toeschouwer is het wat van het goede, of van het minder goede in dit geval, te veel. Zeker in combinatie met de fragmenten van een stroboscopisch belichte danspartij waarin we afwisselend de vader en de volwassen geworden Sophie zien oplichten.
Charlotte
Wells, Aftersun (2022)