wolkenfragmenten
uit Mohamed el-Fers, Jacques Brel
567
Een kind omarmt het leven als een wondertuin, aanhoort
de schepping als een samenzang van veldbloemen, veelkleurige vogels en de voortjagende
wolken. (7)
Mohamed el-Fers citeert Jacques Brel
568
we moeten kijken / naar al wat mooi is / naar ’t blauw in de grijze wolken / en de meisjes aan het water (49)
Mohamed el-Fers citeert Jacques Brel
569
Na afloop wandelt Brel eenzaam door het hoge duin. Het
is de laatste keer dat de zware lucht hem een dwerg onder de Vlaamse wolken
zal maken. (119-120)