Een van de taboeonderwerpen als je het over opvoeden en
jongeren hebt, is de zogenaamde generatiekloof. Er wordt eigenlijk nauwelijks
nog over gesproken – meer zelfs, men doet alsof hij niet meer bestaat: jongeren
zijn meer dan ooit vroeg-oud en ouderen horen langer dan hun lief is jong te
blijven.
Dat druist in tegen mijn aanvoelen: de kloof tussen de
generaties is wellicht nooit zo groot geweest. Jongeren en ouderen leven in
totaal, zeg maar kwalitatief,
verschillende werelden – ’t is eigenlijk geen kloof meer die hen scheidt maar
veeleer een bergketen of in elk geval een met prikkeldraad en glasscherven angehauchte Muur. Eentje die is
opgetrokken uit bits & bites.
Wij,
de ouderen van deze kant van – plusminus – geboortejaar 1975, vormen de analoge
generatie. We vergeten te gemakkelijk dat er tegenwoordig pubers en
jongvolwassenen rondlopen die het nooit
anders geweten hebben. Wat is er voor hen allemaal niet digitaal? Hun sociale contacten, en de hele
informatieoverdracht en kennisverwerving verlopen in een virtuele sfeer, zelfs de
vorming van hun zelfbeeld en dus eigenlijk ook een groot deel van hun identiteit
ondergaan in grote en nog onvoldoende in kaart gebrachte mate de invloed – al dan
niet gunstig – van de digitalisering. Welke invloed op de vorming van de
hersenen hebben het razendsnel zappen en multitasken en voortdurend reageren op
prikkels die geen rechtstreekse impact hebben? Ik noem maar een van de vele
vragen die wel eens wat vaker zouden mogen worden gesteld.
De waarden die wij verdedigen kúnnen zij niet eens meer kénnen
of navoelen.
En dan proberen de ouders ‘mee’ te zijn en ze praten
verwonderd via de iPad met het vriendinnetje van dochterlief; zij voelen ‘ergens’
wel aan dat de openbaarheid die zij betreden in grote mate een
schijnopenbaarheid is, maar zij vinden de codes niet die maken dat deze vorm
van communiceren totaal anders is en ook heel andere verhoudingen inhoudt en
inluidt dan deze waarin zij zelf opgroeiden. Boeiend, verraderlijk. En met
aanzienlijke morele complicaties.
Ik ben, onder andere, zeer benieuwd hoe de digitale
generatie zélf later, binnenkort dus, aan het opvoeden zal slaan.