woensdag 6 mei 2020

Philipp Blom, Wat op het spel staat 7/10


werknotities

De vesting

De machtigste beweging tegen de liberale droom heeft autoritaire aspiraties. Deze worden uitgedragen door lieden als Stephen Bannon. De grootste bedreiging voor het Westen is volgens Bannon het ‘jihadistische islamitische fascisme’ dat via de migratiestromen het oude continent binnenstroomt. Soumission dreigt. Het Westen is aan een morele herbezinning toe. Dit ethisch reveil zal bestaan uit een verzet tegen de kapitalistisch-liberale elites die de media in handen hebben en daar de politieke correctheid propageren, uit nationalisme, uit joods-christelijk traditionalisme en uit de herwaardering van het gezin en de autoritaire patriarchale samenleving waar desnoods een muur omheen moet worden gebouwd. Het nieuwe conservatisme aarzelt niet om de taal en desnoods de waarheid naar zijn hand te zetten. De conservatieve anti-Verlichtingsopstand moet een muur bouwen – letterlijk! –, en het land uitzuiveren van het vreemde – lees islamitische – element en de samenleving opnieuw baseren op ‘natuurlijke, gezonde, traditionele waarden’. Een ‘economisch nationalisme’ moet het bureaucratisch liberalisme – in Europa is dat de EU – verdringen. Identiteit, authenticiteit, het ‘ideale verleden’, traditie, autoriteit: dat worden de kernwoorden van het nieuwe conservatisme.

Hiermee komt het nieuwe conservatisme in het spoor van de een kritiek op de Verlichting, door Jean-Jacques Rousseau het duidelijkst verwoord in Le contrat social. ‘Ook Robespierre, Lenin, Stalin en Pol Pot vereerden de filosoof uit Genève’.

Het nieuwe conservatisme brengt, net zoals fascisme en nazisme indertijd, linkse én rechtse waarden samen. Hierdoor ontstaat begripsverwarring, waarin het des te gemakkelijker wordt een loopje te nemen met de waarheid en op die manier het openbare debat te manipuleren.

Parallellen met de jaren dertig zijn zeker te trekken. De nieuwe conservatieven hebben ook een externe vijand nodig. Maar dit keer zijn het niet de joden, wel het internationale kapitaal, de globalisten, de elites, de media. De nieuwe conservatieven kunnen bogen op een gelijkaardig kiespubliek als indertijd de nationaalsocialisten: de kleine burgerij, de werkloze industriearbeiders en de conservatieven van het platteland, kortom iedereen die iets te verliezen heeft. Net als toen maakt deze achterban, ondanks zijn traditionalisme, graag gebruik van de nieuwste technologieën om zijn ideeën te verspreiden en in realiteit om te zetten. Maar het huidige nationaalpopulisme is niet zomaar gelijk te stellen met het historische fascisme: ‘De autoritaire droom wil bijvoorbeeld geen standenstaat en is niet militaristisch en hiërarchisch gestructureerd.’ Wel vergelijkbaar is ‘de opstand tegen de alles vermorzelende moderniteit’, tegen ‘het systeem’, waarin arbeid niets meer voorstelt en de inkomensongelijkheid te groot is geworden, waarin de veranderingen te snel gaan om te kunnen volgen. Ook vergelijkbaar is dat er opnieuw een beurskrach in de lucht hangt. 



lees hier deze samenvatting vanaf het begin