dinsdag 31 juli 2018

van Dale 91-95

91
Shelly was een bleke, mollige, rondgeschouderde man met een strikdasje en een colbert van gestreept cloqué, een hardwerkende huisarts die zijn zachtmoedigheid niet uit zijn stem kon bannen.
Philip Roth, Amerikaanse pastorale, 410

2cloqué /klɔke/ (het; g.mv.) (stofn.) weefsel dat door speciale krimping van het onderweefsel aan de bovenlaag een bobbeleffect heeft.

92
Hij probeerde het medicijn te titreren, om een dosering te vinden die net genoeg was, maar niet te hoog of te laag.
Oliver Sacks, Onderweg, 73

titreren (overg.; titreerde, h. getitreerd) 1 (chem.) het gehalte van een oplossing bepalen door er uit een buret een andere oplossing (de maatvloeistof) met bekende titer bij te druppelen, tot een herkenbaar eindpunt van de chemische reacties is bereikt
titer (de (m.); g.mv.) 1 (chem.) gehalte van een oplossing, d.w.z. het aantal gramequivalenten van de opgeloste stof dat per liter oplossing aanwezig is

93
(…) hier en daar staken er scheuten van wilde ui of alfalfa tussen de rommel door.
Oliver Sacks, Onderweg, 103

alfalfa (de; g.mv.) vlinderbloemige plant (rupsklaver) met paarse of violetkleurige bloemen, als veevoer gebruikt (Medicago sativa), syn. luzerne; - (ook) groente bestaande uit jonge uitlopers van pas ontkiemd luzernezaad

94
(…) ik voelde me net Marie Curie die karrenvrachten pekblende verwerkte om een decigram puur radium te verkrijgen.
Oliver Sacks, Onderweg, 150

pekblende (de; g.mv.) (stofn.) uraniniet
uraniniet (het; g.mv.) (stofn.) (mijnb.) uraanpekerts (voornamelijk bestaande uit uraandioxide), var. uraniet
uraanpekerts (het) pikzwart mineraal, in hoofdzaak uraniumoxide, bevat ook radiumverbindingen

95
Ik vroeg me af hoe het zou zijn om sjiva te zitten.
Oliver Sacks, Onderweg, 209

sjiva (de; sjivot) sjivve
sjivve (de; -s) rouwperiode van zeven dagen na de begrafenis van een familielid; sjivve zitten, de rouwperiode van zeven dagen in acht nemen, waarbij thuis op lage krukjes of op de grond wordt gezeten

intensieve zorgen – 5


Al mijn kamergenoten waren ouder. Dat leek mij aanvankelijk vanzelfsprekend want ik ben toch nog jong, nietwaar, en zij waren daar allemaal voor leeftijdsgerelateerde mankementen: slijtage, bijstelling van eerder uitgevoerde reparaties, het optrekken van de verdedigingsgordel tegen de geniepige aanvallen van Magere Hein. Hetgeen een hopeloze onderneming is, zoals wij allen weten, en toch zijn wij bereid om ervoor een flinke hap uit ons steeds kleiner wordende tijdsbudget te laten nemen. Dáár ben ik nog niet aangekomen, hield ik mij tot 20 mei voor, maar mede door het contact met deze oudere mannen voel ik mij genoodzaakt om er stilaan anders over te gaan denken. Je wordt ouder, papa – en inderdaad, ik zal het moeten toegeven. Ik zag die mannen stuk voor stuk als bejaarder en zelfs veel ouder dan ikzelf ben, maar ik moest ervaren dat, van hun kant, zij mij níet als veel jonger zagen. En dat is best wel een confronterende ervaring, die uiteraard nog werd versterkt door mijn positie van afhankelijkheid ten opzichte van de verpleegsters die allemaal een paar decennia jonger waren dan ik met mijn 56 jaar. Maar over hen heb ik het nog.

Ik zei gisteren dat ik ook nog Erwin en Fernand leerde kennen.

Erwin, ik schatte hem een jaar of 65, was nog altijd een actieve tuinbouwer. Hij vertelde waar hij woonde en werkte – ik kon mij een beeld vormen van zijn bedrijf want langs die weg kwam ik, toen ik dat nog kon, regelmatig met mijn fiets voorbij. (Het komt wel terug.) Erwin vertelde over het harde labeur dat hem zijn rug en een heup had gekost, en nu ook zijn tweede heup. Elf tot vijftien uur per dag stond hij in de serre en op het veld. En dan waren er nog de paarden want vijftien uur per dag wieden en sproeien en snoeien en plukken volstond niet om de eindjes aan elkaar te knopen. We hadden een vriendelijk gesprek. Ik passeer eens, zei ik, zodra ik kan. Doe dat, zei Erwin. En drie weken later bleek hij samen met zijn vrouw in de revalidatiekliniek te zijn langsgekomen. Ik was er toen helaas niet, maar de zak met kersen op mijn tafel was voor mij – dat bleek uit het briefje erbij: ‘Groetjes, Mariane & Erwin’. Er stond ook een e-mailadres op, maar dat bleek helaas niet te functioneren. Nu moet ik zeker langsgaan, om die lieve mensen te bedanken. Het wordt de bestemming van mijn eerste fietsritje.

foto: Diana Rattray
Fernand was een jaar of drie geleden met pensioen gegaan. Niet dat hij dat zelf had gewild, maar zijn vrouw had erop aangedrongen: het was wel geweest. Samen met haar en een volgens de seizoenen wisselend aantal personeelsleden had Fernand veertig jaar lang een ijscrèmekraam op de dijk in Blankenberge uitgebaat. Hij vertelde er honderduit over, met kennis van zaken en veel liefde. En hij vond mijn familienaam wel grappig. (Ik zijn voornaam ook want zo heette mijn vader.) ’s Zomers moest er tot achttien uur per dag worden gewerkt want Fernand en zijn vrouw maakten hun roomijs zelf. Dat gebeurde voor dag en dauw. De stiel leerden zij in Italië, waar ze ’s winters op werkbezoek gingen naar ijsfabrieken. Ze brachten daarvandaan de recepten mee voor pistache en stracciatella en andere minder courante smaken. Pistache was het duurste ijs. Maar je moest een eenheidsprijs per bol vastleggen, anders kreeg je Blankenbergse rekeningen. Op pistache werd geen of weinig winst gemaakt. Klanten die twee bollen van dat groene goedje kozen, en niets anders, werden met de nek aangekeken – zonder dat zij dat mochten zien, uiteraard. Fernand vertelde ook over zijn wielercarrière als jongeman. Bij de nieuwelingen had hij nog samen met Jean-Pierre Monseré gereden, dé Monseré die niet veel later zou sterven in de wereldkampioenentrui. Ik herinner mij dat nog zeer goed, het was mijn eerste bewuste aanraking met wat de dood kan aanrichten. Fernand had talent, hij won een rit in de Tweedaagse van Meulebeke. (Dat deed mij aan Pjeroo Roobjee denken, aan diens verhaal ‘De coureur van Meulebeke’ (in de bundel Aderbloed in de kousenhoek) over Louis Jean Marie Malbrancke, ‘niet de bekende: de onbekende, de onbeminde, de echte trage’.) Maar Fernand koos voor het ijs en de centen. Hij kocht zich in op de dijk in Blankenberge, en zou daar nooit meer weggaan. Nu deelde hij een dag of twee een ziekenhuiskamer met mij. Hij had een eenpersoonskamer gevraagd, maar die was er niet. Ik denk niet dat ik voor Fernand het aldus ontstane leed heb vergroot.

Team jersey images © www.memoire-du-cyclisme.net

5076

180420

maandag 30 juli 2018

van Dale 86-90


86
Hij werd behandeld met kwikzilver en kalomel, maar op meer autoritaire momenten weigerde hij medicijnen te nemen en zelfs zijn artsen te ontvangen.
Paul Johnson, Napoleon, 177-178

kalomel (het; g.mv.) (stofn.) 1 kwik-I-chloride (mercurochloride), bekend (giftig) geneesmiddel (o.a. bij waterzucht) (Hg2Cl2) 2 mineraal dat kalomel (1) bevat

87
Hij ziet er ook uit als een ouwe vechter – groot, breed, met enorme jatten en zo’n van tuigleer vervaardigd gezicht, waarin net op de juiste plaatsen diepe plooien zitten.
Simon Carmiggelt, Bemoei je d’r niet mee, 55

1jat (de; -ten) (volkst.) 1 hand

88
Als er een wherry of een kano van de andere kant af kwam, groette Takkie verheugd en ijverig.
A. Koolhaas, Vanwege een tere huid, 60

wherry (de (m.); -‘s) lichte (sport)roeiboot waarin iedere roeier (niet meer dan twee) met elke hand een riem hanteert

89
De tantes, de vroegere nichtjes, waren haar voorgegaan deze muffe diepte in met het bevel om pret te hebben, de geborduurde angsten in, door gangen heen met langs de wanden de gestorven glasschitteringen van de fopdiamanten, de angstaanjagende diademen achtergelaten op de vloeren, de van satijn genaaide witte rozen, de handschoenen, de mitaines.
A. Koolhaas, Vanwege een tere huid, 89

mitaine /mitɛ:ne/ (de; -s) (dames)handschoen met alleen een halve duim en zonder vingers

90
Het kruisen van rassen – de simmenthaler met de hoornloze hereford – boeide haar, de genetische kracht, de heterosis, de sterke groei die het gevolg is van kruisen.
Philip Roth, Amerikaanse pastorale, 235

heterosis (de (v.); g.mv.) (biol.) verschijnsel dat bij kruisingen bepaalde eigenschappen beter ontwikkeld zijn dan bij de ouders