zondag 1 november 2020

vorig jaar 267

191101

(…) * Knap, hoe Olga Tokarczuk in De rustelozen het zich verplaatsen door de wereld verbindt met reizen door het inwendige van het lichaam, bijvoorbeeld in de snijkabinetten van de zeventiende-eeuwse anatomisten. In het hoofdstuk ‘Gods zone’, dat op zich een van de talrijke verhalen is die de lappendeken vormen die de roman is, laat ze de hoofdpersoon, een vrouw, tijdens een vliegtuigreis kijken naar een sciencefictionfilm waarin wetenschappers zich laten verkleinen ‘tot ze zo groot waren als een bacterie’ zodat ze een reis konden maken door ‘de karmijnrode gangen van de bloedvaten, de kloppende vernauwingen in de slagaders’. (302) Een intrigerende, boeiende, zeer sterk gecomponeerde roman, waarin ik me met alsmaar toenemende waardering naar het einde toe werk. * (…) * ‘Een lange schreeuw om aandacht’, stelt (…) A., en ja, natuurlijk heeft hij gelijk. Maar niet helemaal natuurlijk. Want wat beoog ik met die autobiografie? Het alternatief is dat ik niets doe met dat verleden van me, dat ik het onverteerd met me meesleur, de ouderdom en uiteindelijk het graf in. Mijn ambitie is om het te verwerken en er ondertussen ook nog iets moois van te maken, iets waar ‘derden’ (‘of vierden, of vijfden’) zo mogelijk nog iets aan hebben. Is dat een legitieme ambitie? Jazeker! En mag het dan een lange schreeuw zijn? Uiteraard! * (…) * De gevangenen moeten aanschuiven voor de soep. Een van hen, een jongeman, eet zijn portie op en gaat nogmaals achteraan in de rij staan. Wanneer hij eindelijk, na lang wachten, opnieuw bij de bedeler komt, herkent deze hem. De bedeler slaat de jongeman dood met de pollepel waarmee hij soep schept. En dan gebruikt hij gewoon diezelfde pollepel, waar het bloed van de jongeman aan kleeft, om de soep voor de volgende gevangenen te bedelen. Of deze: de gevangenen, die proberen te overleven, doen dat niet alleen met voedsel zoeken en de beste slaapplaats te vinden enzovoort, maar ook met muziek maken of toneel te spelen… Met cultuur dus. Cultuur is een manier om te overleven. De dochter van een gevangen verzetsstrijder getuigt: in dat kamp werd een vrijmetselaarsloge opgericht. Wanneer die loge samenkwam, hielden de katholieken de wacht. En omgekeerd, wanneer de katholieken hun cultus beleden, hielden de vrijmetselaars de wacht. (Getuigenissen in Kinderen van het verzet, aflevering 2, Canvas.) *