200808
etappe 7/9 –
Reyrieux-Valence – 155 km (a)
Ik maak mij om zeven uur op voor een rit langs de Saône en
vervolgens, wanneer ik Lyon zal hebben doorkruist, de Rhône. Het vooruitzicht
dwars door Lyon te moeten, schrikt me af.
Mijn ontbijt nuttig ik niet in het hotel omdat het daar pas
vanaf acht uur wordt opgediend, maar, indachtig het gisterenavond gegeven
advies van de vriendelijke hoteluitbaatster, in het volgende dorp op mijn weg
naar het Zuiden. Parcieux moet dat dan geweest zijn, op het terras van een
bakkerij. Met een knipoog – ik ben ook nog middenstander geweest – beloof ik de
hotelierster haar groeten over te brengen aan de bakker. De vrouw kan mijn
grapje smaken. Voor de krantenwinkel, tevens tabakverdeler, zitten vroege
vogels de toestand te bespreken.
Reeds vanaf het ogenblik dat Lyon op nog 15 kilometer wordt
aangewezen, merk je, in de nadering, het dreigende aanzwellen van het
grootstedelijke gevoel. Ik beland in een kluwen van wegen, kmo-zones,
nutsvoorzieningen, openbaarvervoerinfrastructuur, enzovoort. Wat een geluk dat
het vandaag zaterdag is, en nog vroeg, en vakantie! Het moet hier anders een
heksenketel zijn. Maar het valt supergoed mee. En bij het doorkruisen van de
stad zelf blijken mijn telefoon en het kompas op mijn fiets-gps uitermate geschikte
hulpmiddelen. Ik zie de markt op de oever van de Rhône, de eigenaardige torens
op de heuvel op de westelijke oever, de bijna verlaten straten van het chique
centrum.
Aan de andere kant van de tweede stad van Frankrijk, de
zuidkant, is alles nog dichter bebouwd, nog groezeliger. Verval en nieuwbouw
zijn onlosmakelijk met elkaar verweven. Uiteindelijk geraak ik toch uit het
kluwen en vind ik mijn weg naar Vienne. Daar houd ik middagpauze in het park.
Op een bank naast de mijne heeft een lezer verkoeling gezocht. Hij leest een
uitgeleefde Livre de Poche-pocket. De auteur, mij niet bekend, is Yves Berger –
een Amerikaliefhebber en antiglobalist, zo leert Wikipedia mij nu.
Ik knoop een gesprekje aan. De man, die er eigenlijk ook wel een beetje
uitgeleefd uitziet, was tuinman in dit park, en later geraakte hij betrokken
bij een rekruteringsproject voor werkzoekenden. Of zoiets. Nu staat hij vlak
voor zijn pensioen.
De lezer raadt me aan om bij gindse brug, waar ik vooraleer dit
park te vinden aan was voorbijgereden, het op de tegenoverliggende oever
aangelegde fietspad langs de Rhône op te zoeken. Dat blijkt een gouden raad.
Het pad loopt lekker, er zit geen verkeer op en, vooral, het is vlak. Het is
wel wat saai, maar de kilometerteller tikt aan en dat is wat vanaf nu telt.