vrijdag 12 november 2021

notitie 28

DE MISKENDE SCHRIJVER

 

De novelle Een geslaagde grap van Italo Svevo is – ondanks de naar mijn gevoel stugge vertaling – een pareltje. (Met ‘naar mijn gevoel’ bedoel ik dat ik het niet heb geverifieerd, dat ik niet heb vergeleken met het origineel.)

De would-be schrijver Mario Samigli blijft veertig jaar na zijn enige roman te hebben voltooid nog steeds hopen op een uitgever. Hij vermeit zich in afwachting met het schrijven van fabeltjes waarin hij op mussen en ander gevogelte de ’s mens strevingen projecteert. In de eerste plaats die van zichzelf, uiteraard. Een van zijn (weinige) vrienden, de handelsreiziger Enrico Gaia, bakt hem een poets: Gaia spiegelt de miskende schrijver voor dat hij een Duitse uitgever heeft gevonden die veel geld veil heeft voor een vertaling van het boek. Samigli, ijdel en verblind door ambitie, trapt in de val. Hij laat alles schieten, onder meer de zorg voor zijn zieke broer Giulio. Pas te laat snapt hij dat hij het slachtoffer is geworden van een ‘geslaagde grap’.

 

Ik onderstreepte drie passages.

 

#1

Zelf een soort van Mario Samigli zijnde, kan ik bevestigen dat ik geneigd ben te geloven dat het in deze wrede door economische wetten en gekonkel beheerste wereld niet voldoende is een goed schrijver te zijn om als zodanig te worden erkend, gefêteerd en op het schild gehesen. Je moet jezelf ook aan de man kunnen brengen, een netwerk uitbouwen, de juiste ontmoetingen hebben op het juiste moment, aanwezig zijn in cenakels, kongsies en claques, en naast het talent voor schrijven ook een talent als verkoper hebben, verkoper namelijk van de eigen spullen, van zichzelf. Dit besef kan altijd worden ingeroepen als excuus voor het niet-erkend zijn.

Svevo: ‘Om naam te maken was het (…) niet voldoende dat de schrijver het verdiende. Hij had de steun nodig van een of meer andere wilskrachtige personen (…).’ (39)

 

#2

Wie creatief of artistiek ‘bezig’ is, wie met andere woorden zin vindt in het toevoegen van schoonheid aan de wereld zoals hij, voorafgaand aan die toevoeging, is, bekijkt de dingen en ervaart ze met een gezichts- en bewustzijnsvernauwende filter. Alles wordt geselecteerd en al vervormd in functie van het in het brein rijpende plan. De kunstenaar vervormt voordat hij vormt. Opdat het iets dat hij aan de wereld toevoegt zichtbaar en navoelbaar zou zijn, moet dat iets van die wereld verschillen – anders kan het niet worden opgemerkt. Maar daardoor ziet hij wat niet in zijn kraam past niet. Dat maakt hem kwetsbaar.

Svevo: ‘Men kan zeggen dat Mario een slecht waarnemer was maar dat hij, helaas, een literair waarnemer was, van het soort dat met het grootste gemak om de tuin kan worden geleid, omdat ze weliswaar juist kunnen observeren maar hun waarneming dankzij een of ander idee onmiddellijk verdraaien.’ (47)

 

#3

De kunstenaar, in casu de schrijver, kan maar beter vroeg in zijn leven succes oogsten. Wie door luiheid, door niet volgehouden inspanning, door onvoldoende lobbywerk (zie #1), door een valse roeping of gewoon door ongunstige omstandigheden en malchance op respectabele leeftijd nog altijd geen publiek gevonden heeft, komt in een gevarenzone. Dan nog koppig volhouden dat het succes en de erkenning wel zullen komen, wordt in die mate ongezond dat een postume rehabilitatie tot de mogelijkheden begint te behoren.

Svevo: ‘En hoewel hij kon denken volop succes te hebben, deed de arme Mario de ondervinding op dat een mens zich na zijn zestigste jaar niet meer met literatuur moest bezighouden, omdat ze een bezigheid kon worden die heel slecht voor de gezondheid was.’ (62)

 

Italo Svevo, Een geslaagde grap (1988), vertaling van Una Burla Riuscita (1926) door Frédérique van der Velde