14 september
Eergisteren zag ik op de televisie Het Vonnis, scenario en regie Jan Verheyen (2013). Ik moet toegeven
dat ik eerst een dijk van een vooroordeel moest opzijzetten – en dan nog een
die minder door een cinefiele beoordeling was ingegeven dan door een politieke intuïtie
(die nu bevestigd wordt want ik lees op Wikipedia
tot welke politieke partij Verheyen zich in 2010 bekende). Dat cinefiele vooroordeel zou niet
eens kunnen want ik ken Verheyens films niet, onder meer de verfilmingen van Alles moet weg, Dossier K of FC De Kampioenen
hebben mij nooit bereikt. Maar ik besloot Het Vonnis toch een kans te geven. Viel het na een kwartiertje of
zo tegen, dan keek ik de tweede aflevering van Wanderlust uit, waarin Alicja Gescinska een nieuwe poging waagde om
een Engelse ‘retroknar’ enkele conservatieve uitspraken te ontlokken, iets waar ze,
welbeschouwd, een week eerder bij Roger Scruton al goed mee begonnen was. (Ik vond
de term ‘retroknar’ vanmorgen op Facebook in een reactie van ik weet niet meer
wie bij een statusupdate van ik weet niet meer wie en ik weet zelfs niet meer
waarover.)
Ik ben blijven kijken: Het
Vonnis is een sterke film, die je vanaf de eerste minuut in je nekvel
grijpt en die je – ondanks het feit dat het om een ideeënfilm gaat die heel wat
statische rechtzaalscènes bevat, met daarin lang uitgesponnen pleidooien –
niet meer loslaat. Verheyen bewerkstelligt dit onder meer door zeer handig de
chronologie van de gebeurtenissen naar zijn hand te zetten. Veerle Baetens,
Johan Leysen en Jappe Claes dragen met hun sterke acteerprestaties bij tot de
levendige rechtbankenscenering. Koen De Bouw speelt zeer overtuigend de rol van
de man die aanvankelijk een smetteloze reputatie geniet en alles wat hij maar
wenst weet te verwezenlijken, om dan vervolgens aan nauwelijks te vatten
emoties ten onder te gaan.
Het was duidelijk Verheyens bedoeling dat de kijkers heel
goed naar de pleiters zouden luisteren, en daar is hij in geslaagd. Deze film
is een uiteenzetting over enkele fundamentele principes van onze rechtsstaat. Verheyen
maakt ons met zijn teksten duidelijk wat de scheiding der machten eigenlijk
betekent, hoe een rechtszaak verloopt, enzovoort… Over het vraagstuk van het
volksjurysysteem spreekt hij zich vreemd genoeg niet uit.
Ik vermoed dat veel kijkers aan zo’n les wel toe waren – en in
die zin zou je gerust kunnen verdedigen dat Het
Vonnis uitstekend lesmateriaal is voor laatstejaars humaniorastudenten. Al
heb ik toch het gevoel dat Verheyen de neiging heeft iets té nadrukkelijk didactisch
te zijn. Bovendien kan hij het niet laten enkele sneren uit te delen aan het
adres van concrete personen, onder meer Jef Vermassen. Welke rekening daar
openstond, daar hebben wij het raden naar. Maar Verheyen heeft met zijn
aanklacht tegen de regeling in verband met procedurefouten absoluut een punt.
Procedurefouten zijn onvermijdelijk omdat
het in gerechtelijk onderzoek en rechtszaken altijd om mensenwerk gaat, maar ze
zouden niet tot straffeloosheid mogen leiden. Verheyens film is met andere
woorden een pleidooi voor meer menselijkheid en minder legalisme in de
rechtspraak. Glad ijs, dat wel, maar op een waardige en doordachte manier
betreden. En duidelijk niet over één nacht.