zaterdag 16 mei 2015

los ingeslagen 225



Ik mag graag kijken naar Alleen Elvis blijft bestaan, het op Zomergasten van de VPRO geënte Canvas-interviewprogramma dat met de zeer minzame en bekwame interviewer-annex-zielenzoeker Thomas Vanderveken aan het roer en onder het motto ‘eindelijk nog eens een plek waar iemand meer dan zestien seconden krijgt om te vertellen wie hij, of zij, is’ stilaan een zeer gunstige reputatie begint te genieten bij een nog nauwelijks door de openbare omroep bedeeld nichepubliek van – ja, waar is de tijd dat dit sloganwoord nog met ernst werd gelanceerd? – ‘meerwaardezoekers’. Hoogtijd om het programma af te schaffen. Leo Hellemans?

Gisteren was het de beurt aan Anne Chapelle. Anne wie? Juist, ik kende haar ook niet. Anne Chapelle wordt op de tv-webpagina van Story, die ik als meerwaardezoeker altijd raadpleeg wanneer ik te moe ben om moeilijke boeken te lezen, aangekondigd als: ‘de machtigste zakenvrouw in de Belgische modewereld’. Nu weet ik niet of er veel machtige zakenvrouwen zijn in de Belgische modewereld, maar goed. Ik lees verder: ‘Al was verpleegkunde haar eerste liefde. Ze werkte in de tropen en op de neonatale afdeling van een Nederlands ziekenhuis. Nadien maakte ze een blitzcarrière in de farmaceutische sector. Tijdens een sabbatjaar ontmoette ze aan de schoolpoort Ann Demeulemeester. De twee gingen samen in zee. Vandaag is Anne Chapelle een CEO van een modebedrijf met een omzet van 30 miljoen euro.’

Dat is nu niet het profiel waarvoor ik thuis blijf. (En 30 miljoen euro omzet is nu toch ook weer niet zo spectaculair veel?) Maar voor Thomas Vanderveken maak ik een uitzondering. En bovendien denk ik: elk mens heeft zijn, of haar, verhaal en als het boeiend gebracht is, doet het er niet toe waarover het gaat. Het gaat altijd over hetzelfde – verlangen, geloof, angst, eenzaamheid, liefde en dood – en in die herkenning spiegelen wij ons.

Het ging al meteen fout, ik wist meteen hoe laat het was.

Op de steevast terugkerende vraag die in het inleidinkje wordt gesteld – ‘Wat is uw voornaamste kwaliteit?’ – antwoordde Chapelle ‘observeren’, maar ze had, zo zou later blijken, preciezer kunnen zijn.

De gast mag zichzelf kenbaar maken aan de hand van televisie- of filmfragmenten. Het eerste fragment dat Anne Chapelle koos, kwam uit de film Gold Rush van Charlie Chaplin: de sequentie waarin hongerige Charlie een bottine klaarmaakt en serveert aan zijn al even hongerige gast. Alleen Elvis… wordt live uitgezonden en dus verwachtte ik een spitante commentaar op de 1 euro-maaltijden waarmee onze minister van Armoedebestrijding het janhagel dat niet wil werken stigmatiseert, maar Chapelle stuurde het gesprek een andere richting uit: zij had het fragment gekozen omwille van de schoen. De schoen vormt de basis, orakelde ze, dat is waar je in staat. En dan, nuffig: ‘Ik kijk, als ik iemand ontmoet, altijd eerst naar zijn, of haar, schoenen.’ Vanderveken kon zich voor het eerst ongemakkelijk voelen want waren zijn schoenen wel oké? Chapelles antwoord was niet eenduidig positief.

Dat was dus gemiste kans nummer één, en er zouden er nog enkele volgen.

Het zou, zo denk je dan, over mode moeten gaan, of over zakendoen met Ann Demeulemeester, maar het ging over Anne Chapelle. Het observatievermogen waar zij prat op ging, bleek vooral een vermogen tot zelfobservatie te zijn. Het epicentrum van de wereld van Anne Chapelle was… Anne Chapelle, en daar moest alles voor wijken. Zeker toen bleek dat Anne Chapelle in haar jeugd Iets Zeer Ergs had meegemaakt. Vanderveken, die al wel zal geweten hebben hoe laat het was (en hoe lang er nog te gaan was in zijn een eeuwigheid durende programma van anderhalf uur), probeerde het over die boeg te gooien omdat hij vond dat zijn gaste er aanvankelijk nogal luchtig over ging. Maar dat had hij beter niet kunnen doen want Chapelles luchtigheid bleek een manoeuvre te zijn geweest. Eenmaal ernaar gevraagd, kon zij het over niets anders dan dat Iets Zeer Ergs meer hebben en het duurde wel een halfuur voor Vanderveken er een speld kon tussen krijgen. En dat tegenover een naaister.

Enfin, ik begon mij steeds meer te ergeren aan deze machtige zakenvrouw, die quasi diepzinnig over haar zielenroerselen orakelde en over de architectuur van een bevriende architect, in wiens gebouwen zij het licht vond dat zij ook zo belangrijk vond in de ogen van de mensen die zij uitverkoos om van haar leven deel uit te maken.

Over mode vernamen wij niets. Of het zou moeten zijn dat iemand die beweerde ‘een ruggengraat’ te hebben daar de hele tijd zeer krampachtig voorovergebogen zat, gehuld in een vormloze zwarte patattenzak. Telkens zij de hand naar haar hart bracht om haar emotioneel betoog kracht bij te zetten, of om duidelijk te maken hoezeer zij werd aangegrepen door wat zij zelf zei, botste ze tegen de op de zak bevestigde microfoon aan, waardoor een raspend kabaal haar fijngevoelige parlé perturbeerde. Deze machtigste vrouw van de Belgische modewereld was vooral onverdraaglijk zelfingenomen; ze spéélde alleen maar dat ze gevoelig is, maar ze leek mij vooral keihard egocentrisch. En de kwalijke nawerkingen van dat Iets Zeer Ergs zijn duidelijk nog niet uitgewoed.

Het leukste van dit mislukte gesprek was de zeer voorkomende manier waarop Thomas Vanderveken erin slaagde om zijn ergernis onder tafel te houden – ergens in de buurt van zijn foute schoenen. Toen, tot overmaat van ramp, mevrouw Chapelle het nodig vond om een gedicht van de door haar om zijn licht aanbeden architect te debiteren, mompelde de gastheer heel nobel: ‘Mooi gedicht, zeker voor een architect.’ Hoewel ik alleen in het pand was, ben ik bij dit staaltje van superieure humor in luid lachen uitgebarsten.

Alleen Elvis blijft bestaan wordt vandaag om 18 uur heruitgezonden op Canvas.