Ooit vertelde F. me hoe wonderlijk hij het vond, dat ondeelbare moment waarop ajuinen in de pan zacht worden. Eerst zijn ze hard en dan worden ze zacht. Maar waar precies ligt het moment van overgang? Kun je dat bepalen? Het is inderdaad iets wonderlijks. Ajuin bakken (of stoven) is sinds die ene, ‘kwansuize’, opmerking voor mij altijd een aanleiding tot bezinning gebleven. De snippers snateren in de pan en je denkt aan fenomenen van transitie, transformatie, transsubstantiatie. Een scheut Ricard, overigens, voegt een heerlijke smaak toe aan deze zeer gangbare gerechtbasis. Of laat de fijn of grof gesneden sjalotjes lichtjes aanbranden – altijd prijs.