maandag 10 december 2018

parallel 122


Door deze antibeschrijving, bij gebrek aan een beter woord, een soort omgekeerde uiteenzetting van haar persoonlijkheid, was ze tot een inzicht gekomen: terwijl hij aan het woord was zag ze zichzelf meer en meer als een uitgespaarde vorm, een contour: alle details om haar heen waren ingekleurd, maar zijzelf bleef blanco. 

Rachel Cusk, Contouren, 199

ǁ

In zijn tegelijk soepele en starre motoriek had hij iets van een levend bronzen beeld, waardoor er een vreemdsoortige leegte om hem heen hing, die op een of andere manier het leegst was waar hij zelf was, alsof hij er niet was. Elk bronzen beeld was hol en leeg, – maar die leegte had in zijn geval iets zuigends, zoals de holte in een draaikolk.

Harry Mulisch, Siegfried, 89