maandag 23 april 2018

afscheid van mijn digitaal bestaan 80


28 november 2005

AMERIKA


Brel zingt over Madeleine, noemt haar ‘mon horizon’ en, in het volgende couplet, ‘mon espoir’:

Madeleine c'est mon espoir
C'est mon Amérique à moi
Sûr qu'elle est trop bien pour moi…

Het lied dateert van 1962, het zou nu niet meer op die manier worden geschreven. (Brels bijna hysterische enthousiasme is overigens ook ferm uit de tijd – tegenwoordig krijgt in het amoureuze genre de melancholie de bovenhand, heb ik de indruk, en berusten de grote gevoelens meer in het detail dan in de weidse gebaren.) Mon Amérique à moi – het betekent zoveel als ‘mijn droom’, ‘mijn hoogstpersoonlijke droom’. En wel een die realiseerbaar is: alles is mogelijk voor wie durft te dromen.

Dat is voorgoed voorbij. Amerika is niet langer een horizon waar hoop gloorde – ook voor wie er niet naar emigreerde; waar op den duur alles wel mogelijk leek te worden (tot huppelen op de maan toe); waar zowat alles vandaan kwam… Zeker de manier waarop wij, de generatie die opgroeide toen het begrip ‘Amerika’ nog niet besmeurd was, tegen de wereld leerden aankijken, is niet meer geldig: de paternalistische emotionele manipulaties van Disney; de onbezorgde glitterdromen van afstand, omvang en snelheid (denk aan Expo 58); de arrogantie waarmee we kritiekloos de wereld leerden misbruiken als een onuitputtelijk vat van grondstoffen en energie; de tot stroop vercaramelliseerde ellende van de zwarte blues.

Brel was geen bluesman, maar een overenergieke burgerjongen die niet kon leven van idealen die vóór de einder lagen. Hij lééfde van het niet-vervuld zijn. Of er moest voor hem toch minstens altijd een oceaan van smachtend leed liggen tussen wens en vervulling… Ja, zo iemand kon een gewoon meisje bezingen en zeggen dat ze vast en zeker te goed voor hem was en haar daarenboven, kritiekloos (1962!) en zonder dat het wicht ook maar iets van haar glans verloor, met Amerika vergelijken. Met het land van kauwgum, cola en te veel chroom op de veel te grote auto’s. Grote emoties, grote auto’s.

Madeleine is een oude vrijster geworden, inmiddels, een verzuurde tante, een kenau die nooit haar ongelijk zal bekennen – maar die wel nog de sleutel tot het paradijs in handen heeft. Alleen ligt dat paradijs nu ergens anders, maar waar?

Dat is een beetje de tragiek: wij kunnen van niets nog zeggen dat het mon Amérique à moi is.