Het meisje had kortgeknipt, slordig zittend zwart haar, een
breed gezicht met koortsvlekken en groefjes om de ogen, plooien van een dubbele
kin. Zij droeg een truitje met kanariegele en zuurstokrode strepen, een
zwartgelakte minirok, laarzen met een sheriff-ster op de enkels.
Hugo Claus, Het jaar
van de kreeft, 9