Een solitaire boom kan in alle richtingen tot volledige ontwikkeling komen. Volgroeid en onverminkt door storm of droogte, kun je ’t allen kant zijn schoonheid bewonderen. Een solitaire eik of es of beuk in de glooiing van het landschap is altijd een onovertroffen en stilmakend zicht. Maar als we Peter Wohlleben mogen geloven – en ik doe dat – zijn bomen geen Einzelgängers. Pas in een bos worden ze volledig boom. Ze helpen elkaar. Tous ensemble. Koppels vormen het begin van een groep. De een zet de ander uit de wind. Misschien weten ze niet altijd wat gezegd tegen elkaar, dat wel.
210303