zondag 22 mei 2016

vierenvijftig 180


14 mei 2016

zaterdag

Staat er een jongentje naast mij met zijn fiets op het groen licht te wachten. Opgewekt, spreekt wat tegen zichzelf. En dan tot mij: ‘Gaan ze kampioen spelen morgen?’ ‘Natuurlijk gaan ze kampioen spelen!’ antwoord ik. Morgen speelt Club Brugge tegen Anderlecht en als ze winnen is het zover. ‘Het is elf jaar geleden,’ weet de jongen. ‘Ja,’ zeg ik, ‘dat is juist. Hoe oud ben jij?’ ‘Elf jaar,’ antwoordt de jongen. Ik dacht al zoiets. ‘Dan zijn ze voor het laatst kampioen geworden toen jij geboren bent.’ De jongen glimlacht, zegt dat hij samen met zijn vader een abonnement heeft maar dat hij morgen niet kan gaan omdat er een wedstrijd is in zijn roeiclub. Hij zegt dat hij moet roeien omdat hij anders te dik wordt. Hij ziet er inderdaad een beetje mollig uit. Mocht ik zijn vader zijn, ik zou hem die roeiwedstrijd toch laten skippen want kampioen worden, dat doet je favoriete ploeg niet elk jaar. Ik vraag hem of er dan tenminste iemand in zijn plaats met zijn abonnement naar de match gaat kijken. Ja, er is iemand. Het licht springt op groen en het jongentje fietst weg. Niet na mij eerst nog vrolijk een goeiedag te hebben gewenst. ¶