dinsdag 28 november 2017

wolken 2535-2536



wolkenfragmenten uit Jeroen Brouwers, De laatste deur

2535
En liet in rulle stukken die hij schiep, / waarin zijn angst naar de bevrijding riep, / de wolken en de wegen ongericht / in het ontzaggelijk Oneindig stromen – (361, Brouwers citeert Hein de Bruin)

2536
Ik kijk naar de lucht, die zilvergetint is, zoals op de daguerreotypen; in voorbijtrekkende wolken zie ik gezichten van overleden mensen die ik gekend heb, en ja hoor, er zijn ook schrijvers bij, ik herken de door zelfmoord om het leven gekomen schrijver Lorentz Blanke aan zijn snor en sikje, ik hoor zijn stem, en ook het meisje naar wie ik verlang, om mij gezelschap te houden, zie ik in de wolken, ze neuriet mee met de wind en de regen, een droevig lied, een misantropisch lied, ze wil mij zachtjes aan zeer stille wateren voeren, zo zingt ze. (499, Brouwers citeert zichzelf, in Zonder trommels en trompetten)