vrijdag 8 maart 2013

driekleur 116


De zondag dat ik op het Windsorstation in Montreal uit de trein stapte was ik gekleed in een beige gabardine kostuum met twee rijen knopen (waar ik een verdomd hoge dunk van had), een marineblauw, flanellen overhemd, een hardgele, katoenen stropdas, bruin-met-witte schoenen, een panama (van Bobby, en enigszins te klein voor me) en een roodachtig bruine snor van drie weken oud. M. Yoshoto kwam me afhalen. Hij was erg klein, niet meer dan één meter zestig, en droeg een nogal vuil linnen pak, zwarte schoenen en een zwarte vilthoed met rondom opgezette rand.

J.D. Salinger, Negen verhalen, 167