zondag 17 maart 2013

Solo 18


Willekeur van begin tot eind

Ja, de nonnen in die tijd, dat was willekeur van begin tot eind. In de verpleegstersschool later was dat anders. Dat waren zo geen kwezelnonnen, dat was een ander ras. En wij waren dan ook al wat ouder. Maar in de lagere school wisten de nonnen heel precies wie naar de mis was geweest, en hoeveel keer: naar de vroegmis, naar het lof… Natuurlijk gingen wij elke zondag met onze ouders naar de mis, er was geen keuze. Ik ging altijd met mijn moeder naar de tweede mis, die van half negen. Ik ging graag naar de mis. Dat was altijd een hele expeditie. ’t Was misschien maar twintig minuutjes te voet, maar ik deed er drie kwartier over. De tijd ging voorbij met babbelen en spelen. Ik ging ook graag omwille van de mis zelf – ja, ik was een braaf meiske, hoor. Ik heb schoenen versleten met alleen maar naar de mis gaan. In de Mariamaanden, mei en oktober, moesten we tot acht keer per dag dat traject doen: ’s morgens naar de mis en terug naar huis, dan naar school en ’s middag thuis eten, dan weer naar school en naar huis, en dan ’s avonds nog eens naar het lof.

op 22 maart 2008 opgetekend uit de mond van mijn moeder (1928-2013)