21 oktober 2017
29 – Ik vertaal
een van opstellen uit Ce jour-là van
Willy Ronis, een verzameling stukjes die de fotograaf bij zijn favoriete foto’s
schreef.
Foto: Willy Ronis |
De terugkeer van de
krijgsgevangenen, lente 1945
Die dag maak ik in opdracht van de SNCF een reportage in het Gare de l’Est. In het overvolle station heerst
een erg verwarrende ambiance van drukte en hoop. Daar is het dat de uitgeputte
en uitgeteerde krijgsgevangenen aankomen. Mijn aandacht wordt getrokken door
een verpleegster die afscheid neemt van een van hen. Ik veronderstel dat zij
deze man gedurende de reis heeft verzorgd. Ik ben dus getuige van hun
uit-elkaar-gaan. Ik veronderstel dat deze gevangene zijn thuisstad heeft
bereikt. Waarschijnlijk wacht iemand hem op. Ja, allicht heeft die iemand al
zeer lang op hem gewacht. Maar dat weet ik natuurlijk niet zeker, ik verbeeld
het me, ik vind zomaar iets uit, ik laat mijn gedachten de vrije loop, ik droom
erbij weg. Pas wanneer ik de foto ontwikkel en afdruk, precies op dat moment en
niet eerder, brengt de ontroerende expressie op het gelaat van deze vrouw,
tegelijkertijd medeplichtig én pudiek, mij helemaal in de war.
Meteen verzin ik voor mezelf – dat moet ik toegeven – een
verhaaltje. Ik ben er zeker van dat ik een geheim heb vastgelegd. Ik weet dat
de reis van de Duitse grens naar Parijs meerdere dagen duurt, dat er onderweg
heel wat tijdrovende controles zijn. Het is, zo kort na de Bevrijding, een heel
trage treinreis.
Ik realiseer me dat als deze vrouw een lief of man heeft in
Parijs, dat hij, mocht hij op een dag deze foto te zien krijgen, door deze zo
intense gelaatsuitdrukking van zijn vrouw evenzeer als ik in de war zou worden
gebracht. Ook hij zou zich inbeelden dat zijn vrouw en die gevangene een
kortstondig avontuur hebben beleefd. Neen, die schok moet ik hem besparen.
Daarom heb ik deze foto nooit aan de SNCF afgestaan, ook al
was het nu net de bedoeling van de reportage om aan te tonen hoeveel moeite de
SNCF zich getroostte om de gevangenen te repatriëren. Ik vond niet dat ik deze
foto mocht prijsgeven aan de ogen van het publiek. Pas dertig jaar later, toen
de feiten om het zo te zeggen ‘verjaard’ waren, heb ik de foto in een boek
gepubliceerd.
Ik leg graag zulke kortstondige toevallige momenten vast,
wanneer ik de indruk heb dat er iets
gebeurt, zonder goed te weten wat precies. Dit ‘iets’ raakt me hevig – alleen
maar aan dit moment terugdenken knijpt me nog altijd de keel dicht – maar ik
zou niet willen dat deze emotie ook maar tot het geringste misverstand
aanleiding zou geven.
[Naschrift 22 oktober 2017: Er steekt bij deze foto een addertje
onder het gras – besef ik pas nu, nadat ik er met vrienden over gesproken heb.
Bij het duiden van foto’s – maar ook van andere beelden – hebben we, meer dan
bijvoorbeeld bij literatuur, de neiging om de maker uit het oog te verliezen.
Logisch natuurlijk, hij staat per definitie búiten beeld. In het geval van de
foto met de verpleegster en de krijgsgevangene zien we over het hoofd dat Willy
Ronis natuurlijk óók op dat perron staat. En als we met dat besef opnieuw lezen
wat hij schrijft – ‘Mijn aandacht wordt getrokken door een verpleegster…’ – dan
kúnnen die woorden opeens een andere betekenis krijgen. Weliswaar moet de rest
van de zin – ‘…die afscheid neemt van een van hen’ ook in ogenschouw worden
genomen, maar er ontstaat minstens een twijfel over de vraag of Ronis eerst het
koppel zag, of eerst alleen maar de verpleegster. Als dat laatste het geval is,
dan zou dat kúnnen betekenen dat er een in eerste instantie erotische
belangstelling is van de fotograaf voor de vrouw – en de liefdevolle, zachte en
geenszins neutrale manier waarop hij haar gelaatsuitdrukking beschrijft, sluit
dat niet uit. Als dat waar is, en waarom zou het niet waar zijn?, dan krijgt
ook de mededeling dat Ronis de foto niet heeft willen gebruiken, en de
motivatie die hij daarvoor geeft, een andere betekenis. Het lijkt vergezocht,
maar zou het kunnen dat Ronis met het niet-publiceren niet alleen de privacy van
die verpleegster heeft willen beschermen maar ook die van hemzelf? Hoe dan ook,
en los van deze foto, meer in het algemeen: als een heteroseksuele man – en dat
was Ronis! – een vrouw fotografeert binnen het kader van een thema (arbeid,
sport, oorlog of wat dan ook), dan sluipt ook altijd de mannelijke blik binnen.
Soms zo nadrukkelijk, dat het storend wordt en het beoogde thema overvleugelt.
Ik zeg niet dat dit hier het geval is geweest, enkel dat het mógelijk is om het
zo te bekijken.
Naschrift 28 oktober 2017: Trouwe lezer van deze blog Paul Claes meldde mij: 'Het moet zijn "het gare de l'Est". De regel is: het vreemde woord krijgt hetzelfde genus als zijn Nederlandse vertaling.' Ik verbeterde de fout.]
Naschrift 28 oktober 2017: Trouwe lezer van deze blog Paul Claes meldde mij: 'Het moet zijn "het gare de l'Est". De regel is: het vreemde woord krijgt hetzelfde genus als zijn Nederlandse vertaling.' Ik verbeterde de fout.]