GEVANGEN IN VRIJHEID
De ideologie van de individuele vrijheid kan totalitaire trekjes aannemen en op die manier tot uiterste onvrijheid leiden. Misschien is een concreet geval nuttig ter verduidelijking.
Mijn tekst van eergisteren over de graffitivervuiling kende bijval, maar riep bij sommigen ook weerstand op. Eén reactie springt eruit. Kristin Huyghe schrijft: ‘Laat de graffitikunstenaars hun ding doen. Er zijn pareltjes bij. Het is omdat het niet mag dat die kladders ertussen zitten. Altijd dat vingertje! De wereld op zijn kop.’
Ik doe mijn best de reactie te begrijpen. Dat er ‘pareltjes’ te vinden zijn tussen de graffiti en tags die overal opduiken, zal ik niet tegenspreken – die mogelijkheid had ik trouwens in mijn tekst opengelaten. Maar ik kan de auteur van de reactie niet volgen waar ze lijkt te stellen dat indien graffiti spuiten zou toegelaten zijn, er geen ‘kladders’ bij zouden zitten – en ik veronderstel dat ze met ‘kladders’ de makers van minder geslaagde graffiti bedoelt. De logische consistentie van deze bewering ontgaat me. Maar goed, daarover wil ik het niet hebben. Het zou aanleiding geven tot een discussie over smaken en kleuren, en dat is zelden vruchtbaar. Wat mij wel intrigeert zijn de twee laatste zinnen van de reactie: ‘Altijd dat vingertje! De wereld op zijn kop.’
In haar wereld ziet tegenvoetster Kristin Huyghe liever geen vermanende vingertjes. Ik schat dat Kristin Huyghe een liberale ideologie huldigt, of toch in elk geval een waarin het individu zich niet hoeft te onderwerpen aan het algemeen belang. Of daar zelfs maar rekening mee hoeft te houden. Heb je zin om een gevel of een brugpijler of een zitbank vol te spuiten, dan doe je dat maar. Als het mag, wordt het een kunstwerkje; als het niet mag, ben je misschien een kladder.
Kristin Huyghe stoort zich aan mijn vermanende vingertje. Zij vermaant mij omwille van mijn gemoraliseer. Dat is inderdaad de wereld op zijn kop.
Maar laat mij het niet op flessen trekken. Hier is wel degelijk iets ernstigs aan de gang. In deze liberale mindset, die in ons kapitalistische, meritocratische Westen wijdverbreid is, om niet te zeggen dat het stilaan de pensée unique is, wordt het moeilijk om hoe dan ook over om het even wat een inperking van de vrijheid te bepleiten. Liever het inconveniënt van een aan graffitispuiters en taggers overgeleverde openbare ruimte dan zelfs maar te denken aan een reglementering die dit zou moeten voorkomen. De persoonlijke vrijheid primeert op het algemeen belang, waarvan de verdediging wordt opgenomen door moraalridders als ondergetekende.
En dan gaat het nog maar over graffiti. In de reacties waren er ook een paar die bezwaar aantekenden tegen mijn opmerking over SUV-bezitters. En iemand zei dat ik, door boomvernielers en daders van school massacres op dezelfde lijn van asociaal gedrag te plaatsen, toch wel veel uiteenlopende zaken op één hoop gooi. Welneen, beste vrijheidsminnaars, dit is wel degelijk één en dezelfde lijn. Het gaat om het bezit en gebruik van asociale, overbodige en schadelijke voorwerpen (spuitbussen, SUV’s, wapens) die, wat mij betreft, in een gezonde samenleving minstens streng gereglementeerd en eigenlijk zelfs verboden zouden moeten zijn.
Die inperking van de individuele vrijheid kan de vrijheid van allen alleen maar ten goede komen.