OMDAT HET MOGELIJK IS
Wie wel eens met de trein vanuit het westen Brussel-Noord binnenrijdt, merkt het: zowat elk oppervlak dat zich daartoe leent, is beklad met graffiti. Bij uitbreiding geldt: wie élk station binnenrijdt, merkt dat. Het viel me onlangs op in Brussel-Noord, maar het is algemeen. En het gaat niet alleen over geluidswerende wanden, brugpilaren, elektriciteitsdozen, maar ook over treinwagons. Die dan weer met inzet van veel arbeidsuren en producten moeten worden schoongemaakt.
Wat mogelijk is, gebeurt. Ook wat niet wenselijk is. Daarom zijn er regels en wetten en bestraffingen: om te beletten dat wat niet wenselijk is maar toch mogelijk, zou gebeuren.
Graffiti zijn onschadelijk. Ze zijn niet mooi, toch meestal niet, maar ze kunnen geen kwaad. Ze zijn niet: ‘erg’. Maar het zijn wel tekenen des tijds. Het spuiten van graffiti is iets van deze tijd.
Ik zou liever Brussel-Noord binnenrijden en niet overal die signaturen zien, die territoriumafbakeningen, die boodschappen die eigenlijk alleen maar zeggen: ‘Ik heb lak aan de openbare ruimte. Ik voel me vrij om hier een spoor achter te laten, een bewijs van mijn bestaan. En dus doe ik het.’ Eigenlijk ben ik een voorstander van een verbod op spuitbussen. Waarvoor dienen die eigenlijk, behalve om in het openbaar domein tags te plaatsen? Is er een goede reden om het bestaan van spuitbussen te rechtvaardigen? Zo bekeken verschillen spuitbussen in niets van vrij te verkrijgen wapens of SUV’s.
Er zijn nog meer zaken mogelijk die kúnnen gebeuren als ze niet worden beteugeld. Meestal zijn het jongemannen die van de hun geboden vrijheid gebruikmaken. Dit is waartoe ze dan in staat zijn (een willekeurige greep op basis van eigen observatie en van het recente nieuws): veel te snel door de straat rijden met een gepimpte auto of een te luidruchtig brommertje; in het park vuilnis achterlaten naast de vuilnisbak die een halve meter verder staat; de automotor laten draaien voor een gesloten brug of voor de school, waar wordt gewacht op het kind dat blijkbaar niet gewoon met de fiets naar huis kan rijden; aanplantingen vernielen; rondgaan met prikspuiten; voor de lol aan de noodrem trekken; bomen kapotzagen; lagereschoolkinderen overhoopschieten.
Omdat het mogelijk is, gebeurt het. Ja, er moet ruimte zijn voor experiment en anarchie, helemaal akkoord. Maar dan wel op voorwaarde dat respect voor de medemens en oog voor het algemeen belang vooropstaan. Anders ontspoort het en gebeuren ook de ergste dingen, alleen maar omdat ze mogelijk zijn.