zondag 23 januari 2005

De vulkaanminnaar

Het boek van Sontag is eindelijk uit. Het laatste hoofdstuk heeft nog veel goed gemaakt. 't Is heel erg romantisch allemaal, maar dat hoeft op zich geen bezwaar te zijn. Een dichteres en een dichter, die, overigens, behalve de kunst niets met elkaar te maken hebben, staan op het punt om, geboeid, naar het schavot te worden gevoerd. Zij heeft verzuimd om, toen haar handen nog niet waren vastgebonden, het stukje brood dat ze tussen haar borsten had verborgen op te eten. Ze durfde niet. Nu zijn haar handen vast, en kan ze niet meer bij dat brood. Maar ze kan de dichter wel vragen om het stuk brood met zijn mond en tanden van tussen haar borsten op te vissen. Hij doet het, het is een mooi gebaar. Heel erotisch, eigenlijk. En dan geven ze dat brood aan elkaar door, ze breken het in elkaars mond.
Supersentimenteel, ik weet het.
Even daarvoor, toen hun handen nog niet geboeid waren, heeft zij de procedure die aan de terechtstelling voorafgaat weten te vertragen zodat hij nog in staat was een laatste gedichtje op een flard papier te krabbelen. Alles voor de kunst.
Maar het greep me wel aan. Mag dat?