dinsdag 2 december 2025

boekverhaal 76

In deze rubriek heb ik het over door mij gelezen of in mijn bezit zijnde boeken waar een verhaal aan vasthangt of die iets bijzonders voor mij betekenen.


TRADITIE

Een van de leermeesters die mij zeker en vast heeft gevormd tot wie ik nu ben, is Herman De Dijn. Ik zeg dat met schroom want in de progressieve, vrijzinnige en adogmatische kringen waarin ik mij meestal begeef, wordt deze Leuvense filosoof beschouwd als een conservatieve en zelfs reactionaire antiverlichtingsdenker. Begrijpelijk, maar daar is wat mij betreft niet noodzakelijk veel mis mee. In die progressieve, vrijzinnige en adogmatische kringen probeer ik een tolerant pluralisme te bepleiten en verzet ik mij tegen elke monopoliserende claim op ‘de waarheid’. En ik ben bovendien niet van plan mijn persoonlijke verleden te loochenen en al evenmin de hele cultuur waarin ik ben opgegroeid. En dat is nu eenmaal, hoe ik het ook draai of keer, een katholiek-christelijke ideeënwereld waarin Herman De Dijn zich opwerpt als een van de laatste openlijke behoeders.

In de jaren tachtig, toen ik les van hem had, en de jaren negentig, toen hij eindelijk volop de troef van het publiceren (en niet enkel meer van het lesgeven) uitspeelde, waarmee hij een veel breder publiek bereikte dan enkel dat van de gemakkelijk kneedbaren en gelijkgestemden op de negentiende-eeuwse houten banken van het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte te Leuven – in de jaren tachtig en negentig van de voorbije eeuw dus begon De Dijn faam te verwerven met zijn oneigentijdse beschouwingen. Hij streek met zijn openlijke traditionalisme graag tegen moderne en postmoderne haren in. Zijn conservatisme gold evenwel niet de sociaaleconomische verhoudingen, enkel de manieren waarop mensen aan zingeving doen. Of daar niet aan doen. Vooral in deze branche lijken zijn stellingnames mij dertig tot veertig jaar later nog altijd zeer zinvol of toch minstens het overwegen waard.

Kort door de bocht: De Dijn heeft het over zingeving in een wereld waarin alles onder druk van berekening en rationaliteit tot nutsdenken wordt herleid en waarin de (post)moderniteit de symbolen die ons door de traditie van de cultuur waar we nu eenmaal deel van uitmaken werden overgeleverd op frivole wijze door elkaar husselt en veronachtzaamt. ‘Zowel modernen als postmodernen leven onder de begoocheling dat men de identiteit en de zin zelf kan construeren.’

Door de utopieën en rationele planning van de modernen en door het ‘bewust superieur spelen met de symbolen’ door de postmodernen meent de hedendaagse mens zich te bevrijden. Maar die vrijheid is een lege doos, aldus Herman De Dijn. Het gevolg is: ‘een ongehoorde crisis in de zingeving, een onbehagen in de cultuur’. Ware vrijheid is er pas wanneer men zich overgeeft aan de plekken en momenten waar het transcendente, datgene wat aan onze controle ontsnapt, zich openbaart.

In de praktijk vertaalt dit zich, volgens De Dijn, in een andere waardering van de zo geprezen vrijheid en, op een praktisch niveau, in onder meer conservatieve standpunten inzake ethische kwesties. De behoudsgezinde kringen in Antwerpen en Leuven die vandaag de ideeën leveren om een in hun ogen te liberale houding dienaangaande – en dan heb ik het over abortus en euthanasie – te bestrijden, zijn pupillen uit de school-De Dijn. Ik kan mijn leermeester in veel volgen en vond indertijd zijn visie revelerend en te midden van het doorgeslagen postmoderne relativisme zelfs een verademing, maar inzake de genoemde ethische kwesties ben ik toch een progressievere mening toegedaan. Al besef ik dat heteronomie en autonomie hier flink botsen.

Als het over zingeving gaat evenwel ga ik vast en zeker een heel eind met De Dijn mee. De vooruitgangsidee dat de mens alles zelf in de hand heeft, valt inderdaad niet langer te verdedigen. Ze is zelfs niet interessant. Veel ontsnapt aan ‘s mens wil of vrijheid, is daaraan transcendent. Veel van onze loyauteiten – gezin, familie, natie – kiezen we niet zelf. Veel handelingen die wij stellen – schenken, groeten, danken, rouwen, liefhebben – zijn niet herleidbaar tot economisch nut. In onze interesses zijn sporen te ontwaren van magisch denken. We tonen ons meer dan rationeel verantwoordbaar is bereid om ons in vertrouwen over te leveren. Denk bijvoorbeeld aan het belang dat wij hechten aan echtheid – ook al is er objectief geen verschil vast te stellen met de replica. Er is een grote behoefte aan rituelen en arbitraire structuren om het samenleven vorm te geven. Er zijn ‘bepaalde grenzen in de menselijke relaties die niet strikt rationeel te verantwoorden zijn’ en die derhalve slechts kunnen bestaan als er een basisvertrouwen is.

Deze inzichten hebben mij diepgaand beïnvloed en maken mij het leven vandaag in deze onttoverde en ten onder gaande wereld, waarin niets lijkt te bestaan dat niet controleerbaar, verifieerbaar, meetbaar, voorspelbaar en betaalbaar is, niet bepaald gemakkelijk.


Herman De Dijn, Hoe overleven we de vrijheid?, 1993
zie ook: https://pascaldigital.blogspot.com/2025/05/boekverhaal-47.html