12 maart 2014
Welk jaar was het dat ik met die twee op stap was? Ik weet
het niet meer en ik kan het hun ook niet meer vragen want de kiemen van het
verraad lagen in die reis, de tweede.
De tocht zelf verliep nog wel goed. De etappes vielen wat
aan de lange kant uit, maar de hotels waren oké en de landschappen
buitengewoon. Ik herinner me het Plateau de Millevaches. Ik heb er sindsdien
altijd eens naar willen terugkeren, maar het is er nooit van gekomen. Uitgestrekt,
licht golvend, een eindeloze en schier boomloze groene hoogvlakte: het
landschap heeft er iets Schots, of Scandinavisch – daar ben ik niet uit. Het
was geloof ik ook tijdens die rit dat een van de incidenten van die reis zich
voordeed: we geraakten elkaar kwijt. Elk reed een beetje zijn eigen tempo, en
hoe het precies gegaan is weet ik niet meer maar we verloren elkaar uit het oog
– hoe weids het perspectief ook was. Vervolgens splitste de weg en de een ging
de ene kant op en de ander natuurlijk de andere, en de ene keerde terug toen
hij zag of voelde dat hij verkeerd reed (of was het de andere?). Enfin, op den
duur wisten we van elkaar niet meer wie voorop reed en wie volgde en dus had
het geen zin meer om elkaar op te wachten, wat we natuurlijk, en waarschijnlijk
tegelijkertijd, toch deden, wat zinloos was uiteraard, en het was het tijdperk voor
de gsm’s en uiteindelijk was het aan een onnozel toeval te danken dat we elkaar
toch nog terugvonden: ik meen mij te herinneren dat ik de naam van het hotel
dat ik voor die avond geboekt had, alsook de naam van het gat waar het
gevestigd was (zou het nog bestaan?), op een papiertje geschreven had en dat
briefje was min of meer toevallig in de bagage van een van mijn reisgenoten
terechtgekomen – en die had het dan weer al even min of meer toevallig daarin
aangetroffen. Enfin, eind goed al goed, we spraken voortaan beter af met
elkaar.
Ik herinner me nog de opluchting toen we elkaar terugvonden.
We waren de enige gasten in het hotel en lieten ons het aperitief en de
talrijke biertjes in de loop van de avond welgevallen. Ik herinner mij dat er
in de gelagzaal, die naar goede Franse gewoonte geheel volgens de smaak van de modernité was vermassacreerd, een foto
hing van hoe het er vroeger uitzag: wat nu hotel heette was in een vorige eeuw
en zelfs in de eeuw daarvoor als ik mij goed herinner een relais geweest, een
paardenwisselcentrum, en dat was nogal essentieel in deze uitgestrekte
verlatenheid.