donderdag 3 april 2014

mijn woordenboek 380


ASSERTIVITEIT

Ik had het hier een paar lemmata geleden over arrogantie – en daarin plaatste ik ‘assertiviteit’ in de connotatiewolk van verwante begrippen als  hoogmoed, pretentie, hybris, eigendunk en zelfverzekerdheid aan de veeleer positief geladen kant. Maar nu is assertiviteit op zichzelf zeker niet volledig positief te duiden. Er hangt iets aan vast wat wij niet helemáál tof vinden.

Iedereen weet dat wie een boodschap moet uitdragen, dat het best doet op een manier die laat uitschijnen dat hij er zelf ook in gelóóft of dat hij datgene wat hij meent te moeten zeggen zelf minstens ook belangrijk vindt. Al te vaak is dit niet het geval. Dan spreekt de spreker te stil of onduidelijk, hij begint te mummelen of te stotteren, hij laat zich onderbreken en het woord afnemen, uiteindelijk doet hij er het zwijgen toe. En niemand die hem nog vraagt wat hij nu eigenlijk had willen zeggen. Het gesprek zwiept een andere kant op.

Assertiviteit heeft duidelijk niet alleen met de inhoud iets te maken, maar minstens evenveel met de manier waarop. Het is mogelijk om een leugen zó te brengen dat iedereen erin gelooft – terwijl de waarheid vaak ten onder gaat in een gebrek aan overtuigingskracht.

Het is vaker dan ons lief is onduidelijk of de gebrachte boodschap waarheid dan wel leugen is. Vaak wordt gewoon het tegenovergestelde beweerd van wat wordt bedoeld. Net zoals de patiënt die bij de psychiater uitdrukkelijk affirmeert dat hij naar kinderen verlangt eigenlijk de angst uitspreekt dat hij voor die kinderen nooit goed zal kunnen zorgen (waarom kies ik nu uitgerekend dát voorbeeld, terwijl ik er net zo goed een ander had kunnen geven?), zo zal diegene, bijvoorbeeld een Amerikaanse president, die met de grootste assertiviteit beweert dat de Amerikanen in Irak de vrijheid en de democratie hebben geïmporteerd maar al te goed weten dat het daar in werkelijkheid om totaal andere zaken ging. Maar hij brengt het assertief, dat wil zeggen vastberaden en mikkend op het geloof van de toehoorders, en het effect laat zich, zeker als daar nog een flinke dosis decorum en charisma bij komen kijken, raden: het uitgelezen publiek slikt en knikt.

Assertiviteit is nodig om angst en onzekerheid te neutraliseren en te compenseren – er wordt al te vaak overgecompenseerd – maar ook om een onuitsprekelijke waarheid geweld aan te doen.

In de ideale wereld zijn er geen assertiviteitstrainingen nodig, me dunkt.

zie ook: APLOMB