31 december 2013
Ik maak een paar optelsommen in mijn huishoudboek voor het
voorbije jaar. De resultaten zijn toch opzienbarend. Naast alles wat
noodzakelijk is en waarop enkel zou kunnen worden beknibbeld door rigoureus de
broeksriem aan te halen, gaat *** op in drank en *** in geschenken,
schenkingen, traktaties en attenties. Aan boeken besteedde ik het afgelopen
jaar bijna 800 euro. Dit alles samen is ongeveer *** euro voor
niet-noodzakelijke uitgaven, ofte de marge waarin zou kunnen worden bespaard. Roken
doe ik niet en dure hobby’s houd ik er niet op na. Voor mij geen alpinisme met
een Havanna na. (Let op het chiasma!)
Dat van mijn boekenbudget vertelde ik deze namiddag aan J.
van boekhandel Raaklijn (ik moest er zijn, had ik mezelf wijsgemaakt, om de
bonnen te verzilveren die ik van de Biekorfleesclub en van N. had gekregen – en
die dus geen spoor zullen nalaten in mijn budget). J. fronste de wenkbrauwen. Poeh, achthonderd? Slechts? Ik had een
klant, hij is helaas dit jaar overleden, die hier niet buiten ging met minder
dan 800 euro aan boeken! Per bezoek! De laatste jaren moest ik, omdat hij zelf
niet meer hier geraakte, bij hem thuis leveren, en dat was telkens voor meer
dan duizend euro, soms zelfs voor enkele duizendén euro! Hij kocht alles van
L’Univers des Formes, Zodiaque, Pléiade… Helemaal op het laatst, toen hij ook
uit zijn stoel niet meer kon, beval hij zijn dienster: ‘Reik me eens het
laatste dagboekdeel van Julien Green aan, oui,
le volume intitulé “Ce qui reste de jour”.’
Hij was Franstalig. Of hij zei: ‘Lieverd, kun je me eens Les Mémoires d’outre-tombe van Chateaubriand geven, ik moet
dringend een passage opzoeken.’ En dan begon dat meisje te zoeken op min of
meer de plek waar die man met bevende hand naar wees, en en passant stofte ze met de plumeau
die ze altijd bij zich had nog vlug even de plank af.
Ik vroeg J. hoe het die man zijn bibliotheek is vergaan.
Boeken zijn maar iets waard als reeks, antwoordde J.. Maar de erfgenamen zijn
eerst tot de verdeling overgegaan! Elk naar zijn heug. Gevolg: geen enkele
reeks is nog volledig en dus is de hele bibliotheek nagenoeg waardeloos
geworden.
Een waardevolle maar voor mij nutteloze les. Nutteloos
niet omdat ik nooit sterven zal, maar omdat ik geen reeksen verzamel.