zondag 17 februari 2019

van Dale 336-340


336
De draad wordt steels en gewiekst dikker, verder getweernd.
David Grossman, Een vrouw op de vlucht voor een bericht, 640

tweernen (overg.; tweernde, h. getweernd) twijnen

337
Een plotselinge opwelling rukt haar van haar plaats, en ze stiert het pad verder omhoog en stoot de lucht met haar voorhoofd.
David Grossman, Een vrouw op de vlucht voor een bericht, 669

1stieren 3 (onoverg.; stierde, h. gestierd) als een stier lopen, met een vaart of met kracht lopen: ergens op af stieren

338
Wij ouderen staan oogstend aan ’t spalier / en warmen onze zomerbruine handen.
Hermann Hesse, De kunst van het ouder worden, 24

spalier /spalir/ (het; -en) 1 latwerk langs een muur of heining, waaraan vruchtbomen of wingerds (gewoonlijk waaiervormig) opgebonden worden

339
Ik heb een hekel aan de zakelijke kijk van de stereotype soosloper op de literatuur.
Virginia Woolf, Schrijversdagboek 1, 28

soosloper (de (m.)) iem. die veel naar de soos gaat
²soos (de; g.mv.) 1 (inform., niet bij studenten) (verkorting van) sociëteit; – ook als tweede lid in samenst. als de volgende, waarin het eerste lid de leden noemt: bejaardensoos, jeugdsoos, jongerensoos, ouderensoos, tienersoos 2 (inform.) (verkorting van) sociale dienst

340
En nu luiden, onder het grauwe pallium van regen, de klokken van Richmond – terwijl kerkklokken slechts doen denken aan trouwerijen en christelijke kerkdiensten.
Virginia Woolf, Schrijversdagboek 1, 35

pallium (het; pallia of –s) 3 palliumwolk
palliumwolk (de) (meteo.) grauwe wolkensluier, waaruit meestal aanhoudende neerslag valt