14 juni 2004
In deze rubriek vis ik
hoogtepunten op uit deze blog.
zwartste zondag
Is het u ook opgevallen dat de term ‘zwarte zondag’ gisteren
en vandaag nog niet werd gebruikt? (Onder voorbehoud: ik lees geen kranten en
sluit natuurlijk niet uit dat een inspiratieloze redacteur toch zijn toevlucht
heeft genomen tot die stoplap.) Het lijkt of de uitdrukking krachteloos is
geworden. Zwarter dan zwart kan inderdaad niet, en iedereen is blijkbaar in die
mate voorzichtig geworden, inmiddels, om het ultieme ‘zwartste zondag’ te
lanceren. Dat zou immers van de weeromstuit te optimistisch klinken. En daar is
inderdaad weinig reden toe.
Ondertussen is niet alleen politicus-zijn klote, ik zou
vandaag ook niet graag journalist zijn. Door systematisch de politiek op te
voeren als entertainment, door de kracht en de traagheid van het argument op te
offeren aan de snelheid van het zaptoestel, door gemakzuchtig alle ernst weg te
wuiven, door de tomeloze zelfgenoegzaamheid waaraan sommige journalisten
blijkbaar ten prooi zijn gevallen, hebben zij – daaraan lijkt mij nu toch echt
niet meer te kunnen worden getwijfeld – de antipolitiek mede in de hand
gewerkt. In de stugge houding van de politici in de postelectorale tv- en
radiodebatten meen ik het begin van een weigering te ontwaren om zich nog
langer tot dat verderfelijke spelletje te lenen. Mochten ze nu eindelijk eens
tot een afspraak kunnen komen met betrekking tot een boycot van alle overbodige
tv- en radioprogramma’s. En met ‘overbodig’ bedoel ik bijvoorbeeld een gesprek
waaraan wordt deelgenomen met in het achterhoofd het duidelijke besef dat het ‘te
vroeg’ is om iets te lossen. Of: de groots opgezette mediaspektakels die gedekt
door de aanspraak op wetenschappelijkheid een karikaturaal beeld ophangen van
kandidaten en programma’s. Zo’n boycot zou al iets zijn. Democratie is
gebaseerd op het gedoseerd en rustig opbouwen en uiten van argumenten, niet op
losse flodders en de al dan niet sexy perceptie van narcisten die zich, dat
weze duidelijk, aan beide kanten van de microfoon opstellen.
Misschien is het wishful
thinking, maar ik heb toch de indruk dat het sommige journalisten een
beetje begint te dagen. In hun lichaamstaal en onhandig geformuleerde vragen
meen ik een begin van onzekerheid te ontwaren. Als bepaalde politici nu toch –
eindelijk! – luidop zeggen dat iedereen zich eens grondig moet bezinnen over de
oorzaken van de opkomst van extreem-rechts, dan hoop ik dat ze daarbij ook
denken aan de rol van de media.
14 juni 2004