In deze nieuwe rubriek
vis ik hoogtepunten op uit deze blog.
leesavontuur
Na meer dan een half jaar neem ik eindelijk nog eens Ulysses ter hand. Ik begon mijn huidige,
ik geloof inmiddels al derde, poging om dit onleesbare maar toch zo
ongelofelijk schitterende boek helemaal uit te lezen in juni 2001. En nu is
eindelijk het einde in zicht: ik ben in episode 16 aanbeland, de heer Bloom zit
– alweer – oeverloos uit zijn nek te lullen over alle mogelijke
onbelangrijkheden en bijkomstigheden waaruit, per slot van rekening, een banaal
mensenleven als het zijne blijkt te zijn samengesteld. Ik neem me dus voor om
eindelijk eens die turf uit te lezen. Niet dat ik me op sleeptouw laat nemen
door de honderdste 'Bloomsday' (16 juni 1904, datum waarop de schaarse
gebeurtenissen in het vuistdikke boek zich afspelen, en van dan af alle
verjaardagen van die illustere datum, al werd die natuurlijk niet gevierd voor
1922 want pas in dat jaar werd Ulysses
gepubliceerd, en meteen gecensureerd), maar ik kan niet ontkennen dat de idee
me tegenstaat om mijn lectuur over dat eeuwfeest heen te moeten tillen. Ik heb
dus nog een dag of vijf om de laatste 150 pagina's te overwinnen – het werkwoord
is welbewust gekozen. En dan zal ik mij eindelijk kunnen verlossen van de
snobistische smet die op talloze aspirant-Ulysses-lezers
hangt: 'Ja, ik ben er aan begonnen en ja, het is wel goed – maar helaas...'
Ter informatie: ik lees, om er toch iets van te begrijpen,
de schitterende vertaling van Mon Nys en Paul Claes (af en toe sla ik er een
passage in het Engels op na), en parallel lees ik ook de
hoofdstuk-per-hoofdstuk begeleidende tekst van Harry Blamires, The New Bloomsday Book.