wolkenfragmenten
uit Junichiro Tanizaki, Lof der schaduw
720
Wij kunnen overigens niet goed onder woorden brengen
wat ons nu eigenlijk aantrekt in deze steen. Hij ontbeert de helderheid van een
robijn of emerald, of de schittering van een diamant. Maar dit weten wij wel:
als wij het schaduwrijke oppervlak zien en tot ons laten doordringen hoe door
en door Chinees deze steen is, lijkt het alsof wij in de bewolktheid
ervan het lange Chinese verleden zien opgeslagen. (21)
721
In grote tempels liggen de belangrijkste kamers zo ver
van de tuin dat het licht er ternauwernood binnenvalt. Lente, zomer, herfst,
winter – het bleke, witte schijnsel verschilt nauwelijks, of het nu gaat om
heldere of bewolkte dagen, en of het nu ochtend, middag of zelfs avond
is. (38)