Van gisteren wil ik mij het plezier herinneren waarmee ik de coq-au-vin klaarmaakte die dan ’s avonds G., G., G., M.-J. en S. zo smaakte, en ik wil ook onthouden dat ik nog eens ‘De sigarenwinkel’ voorlas en daar helemaal in wegzonk.
Vandaag kan ik lezen en schrijven zoveel ik wil, maar ik zou toch ook eens naar buiten willen voor een wandeling of een fietsritje.