vrijdag 20 november 2015

vierenvijftig 40



© woestijnvis


13 november 2015

vrijdag

Een mens begint op den duur overal spoken te zien. Ik keek gisterenavond, te moe om nog iets anders te doen (ja, dat excuus!), een stukje ‘De slimste mens terwereld’. Ik heb een paar keer goed moeten lachen met de fratsen van Jonas Geirnaert, die eigenlijk veel grappiger is dan die Filip Geubels, die ondertussen helemaal samenvalt met zijn typetje. Hopelijk voor Geirnaert begeeft hij zich niet aan de stand-upcomedy, maar dat is eigenlijk het verst van mijn zorgen. ‘De slimste mens’ dus, en ik was benieuwd wie het finalespel zou winnen: N-VA-politica en parlementbabe Zuhal Demir of voetbalprogrammapresentator Tom Coninx. Wie dit spannende en tactische eindspel wint, mag de volgende keer opnieuw in het programma. De verliezer komt niet terug. ‘De slimste mens ter wereld’ is overigens het spelprogramma waarin de burgemeester van Antwerpen, toen hij nog gezellig dik en niet zo sacherijnig en verkrampt was, de basis legde van zijn populariteit, die uiteindelijk is uitgemond in zijn huidige macht. Dat is trouwens een van de redenen waarom ik het programma niet meer met onverdeeld genoegen kan bekijken, hoe leuk het bij momenten ook is. Demir versus Coninx. ‘t Was wel een beetje verbazend te moeten vaststellen dat het voor geen van beiden evident was om de hoofdsteden van de buurlanden van België op te sommen, terwijl Demir dan weer, als Turks-Koerdische, zo goed als alles wist van de Griekse keuken en Coninx van Bruce Springsteen. Maar goed, waar het mij om te doen is, is dat Coninx op een gegeven ogenblik gewonnen spel had. Hij moest de klok maar laten aftikken tot onder het aantal seconden dat Demir nog had, en hij zou het initiatief hebben behouden en quasi zeker hebben gewonnen. Maar uitgerekend dan beging hij een fatale vergissing: hij gaf het antwoord meteen. En op die manier kreeg Demir de kans om Coninx eruit te kegelen. Wat dan ook gebeurde. Kijk, hier begint het te spoken. De lichaamstaal van winnares en verliezer kwamen in beeld. Coninx’ taal sprak van ‘Zo moest het nu eenmaal gaan, ik heb mijn rol gespeeld’, en Zemir kon zowaar een samenzweerderige knipoog niet onderdrukken. Kan het zijn dat de winnares al op voorhand bekend was? Kan het zijn dat het programma nog eens wordt ingezet om een politieke carrière te helpen lanceren? Het vervelende met dat soort bedenkingen is natuurlijk dat je ze niet hard kunt maken, dat besef ik ook wel. Het is zelfs contraproductief er uiting aan te geven: diegene die erdoor wordt belasterd, kan jou zonder verpinken paranoia aanwrijven en op die manier mogelijke andere terechte bezwaren in diskrediet brengen. Toch lucht geven aan die bedenkingen maakt je dus zwakker. Ook dat maakt allemaal deel uit van het spel dat wordt gespeeld en waarin telkens twee of drie zetten vooruit wordt gedacht. Zoals, ook gisteren, de kritiek die door Vlaams parlementsvoorzitter Jan Peumans werd geuit op de zogenaamde Turteltaks. Annemie Turtelboom zetelt als liberaal minister in de Vlaamse Regering. De N-VA’er Peumans valt met zijn kritiek een coalitiegenoot aan en neemt zogezegd zijn plicht als parlementsvoorzitter op door aan te klagen dat Turtelboom haar maatregel zonder het nodige parlementaire overleg heeft doorgedrukt. Alsof dat overleg er nog iets aan zou kunnen veranderen. Maar natuurlijk gaat het niet om de inhoud. Waar het om gaat is dat de N-VA hier een ritueel opvoert om aan te geven dat ze wel degelijk bereid is het democratisch spel te spelen. Het is een formaliteit. Dat een politica van een andere partij daarbij wordt beschadigd – zoals tot nu toe alleen maar de coalitiegenoten van de N-VA de vlagen moesten opvangen (Gatz, Schauvliege en nu dus Turtelboom) – is daarbij natuurlijk een welgekomen collateral advantage. Over de inhoud van Peumans’ kritiek zullen we allicht niet veel meer horen, maar ondertussen is het democratisch gehalte van zijn partij opgekrikt én is een politieke tegenstander beschadigd. Democratie is verworden tot een theater waarin de rollen lang op voorhand worden uitgeschreven, en ik merk bij mezelf dat mijn instelling, gezien het feit dat democratie zo functioneert, hoe langer hoe ondemocratischer wordt. ¶ Ik lees de gruwelijke, deerniswekkende, maar toch ook grappige passages in Nick Caves roman en tegelijk staat hier al een tijdje Hildegard von Bingen op – en ik schrik opeens op van het contrast. Hemel en hel komen samen, al is dat natuurlijk een te clichématige verwoording van wat ik ervaar. Zoals Nick Cave het menselijk onvermogen te karikaturaal beschrijft, zo lijken opeens, van de weeromstuit, de mystieke gezangen té zoetgevooisd en al even onmenselijk. Dat is al een betere verwoording. (Nick Cave, De dood van Bunny Monroe) ¶ Aanslagen in Parijs. Wij moeten dringend van ons vroeger idee van oorlog af, ons aangeleerd door geschiedenislessen, documentaires, romans en films, om te begrijpen dat we in oorlog zijn. ¶