dinsdag 17 november 2015

vierenvijftig 37


© rr


10 november 2015

dinsdag

Het spookt al dagen door mijn hoofd. Wat zijn ouders zich nu allemaal afvragen. Is het duidelijk of de woorden waarmee hij thuis afscheid namen scherp waren of vriendelijk? Is het duidelijk of hij in dat water gevallen is, geduwd of gestapt? Is het duidelijk waarom, en of het dan echt onafwendbaar was? Kun je je kind niet kwalijk nemen dat hij door zelf niet door een hel te willen gaan jou tot een hel veroordeelt? De ontoereikendheid van woorden, van elk gebaar. Dat verschrikkelijke leed, onnavoelbaar. ¶ Je kunt altijd twee kanten uit. Ofwel laat je het hangen, ga je de dieperik in, verwaarloos je jezelf en alles wat je kunt. Ofwel kies je voor de restauratie. Dat laatste is méér een keuze, maar ook het eerste is dat. Alleen voor apathie en onverschilligheid kies je niet. Al is ook dat niet zeker. Ligt daar een mogelijkheid om depressiviteit te definiëren? ¶ Wat zegt het over een mens als hij meer tot empathie met wat veraf is in staat is dan tot een echt doorvoelde betrokkenheid op zijn directe omgeving? ¶ (...) ¶ En ondertussen verschijnt een rapport, het zoveelste, met een prognose van de toestand van de wereld bij een stijging van de gemiddelde temperatuur met 2°C. Talrijke wereldsteden verdwijnen geheel of gedeeltelijk onder water. In de Lage Landen zullen de klimaatopwarming en de daaruit voortvloeiende stijging van de zeespiegel niet onopgemerkt voorbijgaan. Mijn thuishaven Brugge blijft alvast niet gespaard. Hoeveel empathie vergt dat, om een dergelijke toekomstige situatie onder ogen te zien? En met het melige mopje dat je gelukkig op de derde verdieping leeft, kom je er niet van af, natuurlijk. ¶