241113
IN DE SOEP
We hadden een afspraak: K. en L. zouden komen eten. Aanvankelijk had ik enkel met K. afgesproken op die of die datum, ik weet niet meer welke, maar toen vroeg K. of L. er ook bij mocht zijn, maar dan moest het wel naar een andere datum worden verschoven. Ik had daar geen bezwaar tegen, integendeel. Dus spraken we af op die andere datum. Maar kort daarna vroeg K. of we alsnog konden terugkeren naar de eerste datum. En daar moet het fout zijn gelopen. Een van ons, of twee, of alle drie, raakte(n) het spoor bijster en noteerde(n) elk in zijn agenda iets anders. Met als resultaat dat ik vandaag in de veronderstelling verkeer dat beide heren morgen komen eten. Maar omdat ik toch iets van nattigheid voel, vergewis ik mij bij beiden. Ze weten van geen afspraak voor morgen. Nog goed dat ik verifieer. Ze hebben allebei een andere datum genoteerd (niet dezelfde). Maar kijk, ze kunnen, door allerlei gewijzigde omstandigheden die te ingewikkeld zijn om hier weer te geven – en overigens totaal irrelevant – zich morgen alsnog vrijmaken. En dat is dus het goede nieuws: in plaats van een volkomen in de soep gedraaid rendez-vous, waarbij ik hier na allerlei boodschappen en culinaire voorbereidingen vergeefs zou hebben zitten wachten op twee gasten die niet zouden komen opdagen, kan ik nu uitkijken naar een prettig samenzijn morgenavond. Met K. en L. En ja, waarom zou ik geen soep serveren?