Introductie
<7> De schrijver maakt zich op om het verhaal te
vertellen van Hans Castorp, een verhaal dat zijn
verhaal is en dat zich afspeelt in een ‘ver’ verleden. Het speelt ‘voor een bepaald keerpunt, waarop een
diepe kloof geslagen is in leven en bewustzijn…’; het speelt ‘in de wereld vóór
de grote oorlog, met het begin waarvan zoveel begon dat waarschijnlijk nog maar
net begonnen is’. <8> De schrijver neemt zich voor zijn verhaal ‘grondig’
te vertellen en zich daarbij niet al te veel aan te trekken van de
geplogenheden met betrekking tot omvang en tijd die normaal gezien bij het
vertellen van verhalen in acht worden genomen.8>7>