zondag 1 maart 2020

wolken 3595-3598


wolkenfragmenten uit Arnon Grunberg, Aan nederlagen geen gebrek

3595
Het is bewolkt en aanmerkelijk koeler geworden. (54)

3596
Haar zieltje is gered en ze speelt op dit moment een beetje harp. Op een klein wolkje. (89)

3597
En ondertussen kan je smachtend uit het raam kijken bij Marlies, naar het grijze wolkendek, en roepen: ‘Ach, kon ik maar de hele dag dromen.’ (187)

3598
Je eerste gedicht uit je bundel gaat zo:

Iedere gedachte / die ik de post meegeef, / laat met zich sollen als een wolk.
Heb je mijn brief al gelezen, / die verlopen ster, / en heb je hem geloofd?
Niettemin draag je de das / waarover ik schreef / dat ik hem mooi vond gister.

Wat zijn gedachten die je de post meegeeft? Bedoel je de brieven? En waarom laten die met zich sollen? Als wolken? Laten wolken met zich sollen? (Grunberg citeert Esther Krop; 384)