De hoogwaardigheidsbekleders op de voorste rijen kijken, net als de rest van het publiek, naar het toneel met in hun achterhoofd de gedachte dat dit alles ook op de televisie komt, en alleen daarom al komen de banaliteiten, politieke provocaties en onzinnigheden die worden opgedist hun subtieler en betoverender voor dan ze in werkelijkheid zijn.
Er ontstaat een verschrikkelijke verwarring tussen wat echt gebeurt en wat vals lijkt te zijn: de toeschouwers in de zaal blijven tot op het laatste moment geloven dat de geweren die op hen worden gericht niet met scherp zijn geladen.
*
De mooie jurken met de hoge kragen strak rond de lange nekken, de gestileerd opkrinkelende sigarettenrook, de stemmig verlichte straten met de glimmende plassen, de uitgelezen behangselpapieren in een bestudeerd palet, de gesofisticeerde camerastandpunten met nagenoeg altijd iets onscherps op de voorgrond: het is bijzonder mooi allemaal, maar het gaat op den duur ontzettend vervelen – ik ben in elk geval na een uur of wat bij het bekijken van In the Mood for Love in slaap gesukkeld en zie, nu weet ik niet eens hoe het is afgelopen.
Maar eerlijk gezegd, het interesseert me maar matig. Overigens zie ik nu, op de doos van de dvd, dat er een extra is met een ‘alternative ending’.
Ik ben een beetje in de war: een feelgoodfilm als Dialogue avec mon jardinier, die overduidelijk op het gemoed werkt en op de gemakkelijke gevoelens, spreekt me blijkbaar meer aan dan dit cinefiele exploot van Wong Kar-Wai, dat – vergeef me de goedkope woordspeling – vooral een karwei was.
070904 - En toch, toch heb ik het idee dat ik niet goed heb gekeken. Er waren dingen in die film die je niet zult aantreffen in een slechte film. Het onrechtstreekse, de toespelingen, het tussen-de-regels. Zoveel werk nog voor de kijker! En dan die hand die blijft hangen aan de deurstijl. Een blik die schroomvol wordt neergeslagen. Het onuitgesprokene.
Een uitstekende recensie van Barbara Van Ransbeeck op het net moedigt mij aan een volgende keer beter te kijken. Beter uitgerust.