maandag 4 juli 2016

de zomer van 2016 – 17


Gisteren op de fiets: een frontale botsing met een hommel. Hij vloog tegen mijn onderlip aan, sukkelde dan bijna mijn mond in – ik kon hem nog net uitspuwen. De botsing was onzacht, ik vermoed dat het dier zich zal bezeerd hebben. Maar ik had ook pijn: mijn lip begon meteen te zwellen. Al denk ik dat ik aan groter onheil ben ontsnapt want wat zou er gebeurd zijn indien het geel-zwarte insect tegen mijn huig was gevlogen en eventueel zelfs in mijn luchtpijp was beland? – ik mag er niet aan denken, dat geel-zwarte beest dat mij de mond snoert. ¶

Opening Night van John Cassavetes heeft me aan het denken gezet over ouder worden. Tegenwoordig is zowat alles geregeld en behoudens ziekte of accidenten word je oud. Dát, oud worden, zorgt voor de laatste mogelijkheid tot avontuur van je leven, het enige wat nog onzeker is: hoe je dat aanpakt, dat ouder worden, dat heb je – opnieuw: behoudens – volledig zelf in de hand. Je bent de regisseur van je eigen leven en dat is wellicht het laatste gebied waar je een persoonlijke toets kunt aanbrengen, waar je echt creatief kunt zijn. ¶

Mijn tekst bij een door een N-VA’er geplaatste cartoon over hoe de Rode Duivels-gekte abrupt aan zijn eind komt nadat de Belgische ploeg roemloos werd uitgeschakeld, lokt heel wat reacties uit, overwegend van mensen die het met me eens zijn. De N-VA’er zelf, wiens naam ik had getagd, reageert ook en hij doet dat – wat een verademing! – op een beschaafde manier. Ik beloof hem een antwoord op zijn vraag waarom een Vlaams nationalisme niet en een Belgisch nationalisme voor mij dan wel zou kunnen (hij gaat ervan uit dat ik, omdat ik geen Vlaams-nationalist kan of wil zijn, dan maar een Belgisch-nationalist ben). ¶

T. toont me – via de chat – foto’s uit de, letterlijk, oude doos die ze vandaag van haar vader heeft gekregen. Foto’s uit de jaren zestig, zeventig. Kleurenfoto’s allemaal, maar die lijken de overheersende kleuren van toen, bruin en oranje en beige, alleen maar achterna te gaan door de manier waarop ze nu verkleuren. Je vraagt je af wat er binnen een paar decennia nog van die kleurenfoto’s gaat overblijven. Op een van de foto’s zie ik T.’s vader aan een woonkamertafel een heel gezelschap van mannen – broers en neven zegt T. – entertainen. T’s vader praat geanimeerd, zorgvuldig getrimde snor onder de neus, sigaar in de hand. Tegen de muur een geschilderd stilleven. Op de voorgrond is een vrouw met iets anders bezig. De broers en neven kijken geamuseerd toe. Boven de deur naar een andere plaats hangt een Christusbeeld. Het is een Christus-zonder-kruis. Ik bedoel, het is een beeldje van een hangende Christus, maar het kruis moet je erbij denken. ¶

In Bagdad sterven bij een aanslag 120 mensen. Toch opent het VTM-journaal met een item over elektrische auto’s. Bij de VRT gedragen ze zich als de propagandadienst van Theo Francken door diens persbericht als belangrijkste nieuws te brengen, over hoe er de jongste tijd steeds meer asielzoekers vrijwillig terugkeren. In het aansluitende interviewtje kan de staatssecretaris het niet laten om nog maar eens aan zijn primitiefste instincten uiting te geven: ‘Ze komen naar hier en denken dat ze hier meteen een mooi huis zullen hebben en met een sjieke bak gaan kunnen rijden, maar dat is natuurlijk niet waar en dus willen ze terug.’ (Ik kan het fragment niet terugvinden, maar heb toch zeker niet gedróómd dat hij het zei? Of was het op VTM, waar ze dat item ook hadden, maar dan ergens achterin het journaal?) ¶