Hopkins House is lelijk. Ik zie
het elke ochtend als ik opsta om het raam dicht te doen en altijd als ik aan
mijn bureau zit te schrijven. Het bestaat voornamelijk uit onhandige hoeken,
klungelige schoorstenen, puntgevels, blauwe pannendaken, rode pannendaken die
in de loop van de tijd paars zijn geworden, en gele muren met wit en zwart
geworden groen houtwerk.
Sylvia Plath, De dagboeken 1950-1962, 36