maandag 22 september 2008
Het bestáát (27)
080908 – Twee klussen die al vele weken op mijn programma stonden, zijn geklaard. De scharnieren van enkele binnendeuren moesten geolied worden omdat ze danig piepten – hetgeen vooral ’s nachts vervelend is. Maar de smeerolie ligt in mijn auto, en die staat vier verdiepingen lager op straat. Dus moest ik daar bij het uitstappen aan denken, aan die olie. Het gebeurde vaak dat ik er voor het uitstappen aan dacht, en het gebeurde nog veel vaker erna, wanneer ik, eens terug binnen, weer die deuren hoorde piepen – maar het simultaan uitstappen en aan de olie denken, neen, dat was tot vandaag nog niet voorgevallen. Tweede klus: het aanbrengen van een briefje met de bede ‘Geen reclame!’ op de klep van mijn brievenbus. (Vroeger nog vriendelijk ‘AUB’ erbij, maar tot die vriendelijkheid ben ik na vele kilo’s ongewenst papier niet meer geneigd.) U begrijpt: die brievenbus van mij bevindt zich ook op de begane grond, dus hier stelde zich hetzelfde probleem, maar dan in de omgekeerde richting: plakband, papier en stift boven, enzovoort… En zie, vandaag is het probleem opgelost! En wel in beide richtingen tegelijk! Ik besliste opeens, zomaar, in een vlaag van ondernemingsdrift, om eens dat briefje op die klep te plakken. Beneden, plakkende, overdacht ik dat ik eindelijk een wekenoud beletsel had overwonnen. En ik herinnerde me meteen dat tweede beletsel, vanwege de structurele verwantschap als het ware. De auto staat daar, denk je dan op zo’n moment. Nu moet je het doen!