Overschrijven (102)
Zie goed om je heen. Een stad bouwt zichzelf snel of langzaam, maar verandert altijd van uiterlijk. Er blijft nog wonderlijk veel aanschouwelijk van vroeger. Gebouwen hebben meer potentie dan mensen om de tijd te doorstaan. Maar hoe lees je best dat vroeger? Men weet iets van de gebeurtenissen, van de heersers, het volk en de massa, van haar economie en politiek. Toch vormt dit alles slechts een beperkte definitie van de stad. Men moet het willen zien. Tussen de bestaande steden van steen in weven individuele mensen uit bizarre aandrift onophoudelijk aan duizenden spinnenwebbensteden. Het basispatroon is dikwijls liefde. Kijk, hier was het zo, daar zei ze die woorden, hier schrijnt het nog, en daar vergat ik hem.
Ook de capricieuze wegen waarover ik in vroeger tijden naar mijn minnaars snelde, staan op geen enkel stadsplan getekend. Dat ene nachtelijke pad, bijvoorbeeld, wanneer ik ongeweten en ongezien, blootsvoets en schaars gekleed naar hem toe rende. Om de tijd uit te houden, droeg ik uit het hoofd gedichten op. Ik woonde zeven gedichten ver, mijn stem klonk schor in de nachtelijke straat. Er was geen filosofie of boodschappenlijst die mijn denken toen bezwaarde.
Ann Meskens, Eindelijk buiten, voorpublicatie op http://drukfabriek.vpro.nl/.