vrijdag 20 mei 2005

Cultuurconsumptie (2)

Ik zag de afgelopen weken twee films op tv en gisteren een toneelstuk.
Bowling for Columbine, de anti-wapenbezitfilm van Michael Moore, had ik nog niet gezien. Aangezien ik politiek correct ben, moest dat dan toch eindelijk maar eens gebeuren. Naar verluidt was het toch een prachtdocumentaire die, los van zijn politieke boodschap, toch ook wel esthetische of kunstzinnige verdiensten had?
Ik ben in slaap gevallen bij Bowling for Columbine.
Toegegeven, ik was wel wat moetjes, maar dit is toch echt wel een slaapverwekkend stukje propaganda. Natuurlijk ben ik het eens met de heer Moore, en natuurlijk is er een verband tussen vrij wapenbezit en de spectaculair hoge misdaadcijfers in de Verenigde Staten – maar ik krijgt het toch graag iets subtieler ingepeperd. De retorische trucs (dat perfide hanteren van de cut- and paste-tools; het handige monteren; de omissies, juxtaposities, superposities…) spatten ongegeneerd van het scherm. Wat dat betreft is Bowling niet veel méér dan de eerste de beste gedramatiseerde Panorama-documentaire. Moore mikt op het goede doel, jawel, maar zijn manier van spreken is daarom in moreel opzicht niet minder discutabel. Hoe kan je nu de terecht gehate machthebbers kritiseren als je er niet voor terugschrikt de taal en de communicatie die ook zij naar hun hand zetten op een vergelijkbare manier geweld aan te doen? Het komt in elk geval je geloofwaardigheid niet ten goede.
Eergisteren toonde Canvas het meesterwerk Gosford Park (2001) van Robert Altman, met de ultieme mix van door de Britse finefleur van het theater gebracht drama (Helen Mirren bijvoorbeeld als hoogste in rang in het bataljon meiden dat downstairs het reilen en zeilen van het puissant rijke landgoed bestiert) en slapstick, vooral dan middels de hilarische persiflage door Stephen Fry van Peter Sellars die zelf ook al weer het prototype van de verstrooide en Oxford-stabbering privé-detective persifleerde.
En gisteren ging ik dan naar De Werf, naar de voorstelling Hollywood Remix van het gezelschap Leporello. Van deze bijzonder grappige en komische compilatie van lichtvoetige huwelijks- en overspelintriges, een speelse kruising tussen musical en boulevard, onthoud ik vooral het speelplezier van de drie acteurs, en wat dat speelplezier met mij deed.