wolkenfragmenten uit Raymond Brulez, André Terval
4301
In het grijze luchtspansel dreven meestal grauwe uitgerekte wolken, zoals in een niet goed schoongemaakte kamer onder het bed het stof tot cylindertjes samenrolt. (46)
4302
In het westen sloeg een hamerwolk op het gloeiend zonijzer en rode glans deed de stroom van prikkelend korrelzand waarin André wandelde over hem vlammen. (47)
4303
Hun koele borsten kenden geen streling van mensenhand; maar hun eeuwig bestaan was een spelende worsteling met golven en wolken. (62)
4304
Onder de cirkus-grijze hemeltent toerden nog enige wolkenschimmels. (101)
4305
Een wolk, die ten zenit sierlijk gekant en bevallig zich uitgeplooid had als het kleed van de dansende Salomé, vervuilde nu tot een log pak linnen, dat neerplofte in de horizonkuip. (108)
4306
Zelfs aan de noorderhorizon was er glans in wolkenkreuken. (125)
4307
Een purperen wolkdreigement kwam alweer opzetten als een boeman, die met ruwe ellebogen beiderzijds aan de horizon de klaarte wegdrong. (137)