maandag 9 augustus 2021

driekleur 463

Voorbij de eucalyptusbomen, in een kring rondom een open ruimte van rood zand, stonden een stuk of twintig hutten: halve cilinders van golfijzer, aan een kant open als varkenshokken, waar mensen in de schaduw lagen of hurkten.

Kartonnen dozen en lappen plastic werden heen en weer geslingerd door de wind en overal op de grond glinsterde glas. Hier en daar hipten glanzend zwarte kraaien, knipperend met hun geelzuchtkleurige ogen en pikkend in lege cornedbeef-blikken, totdat ze werden verjaagd door de honden.

 

Bruce Chatwin, De gezongen aarde, 89-90