vrijdag 1 januari 2016

vierenvijftig 82


© Much Ado About Nothing
25 december 2015

vrijdag

Ik bracht de kerstavond door met S. Een beetje uitgeschud, allebei, maar met moed en respect. Ze had oesters meegebracht, ik had de champagne klaargezet. Daarna aten we vis met tagliatelle en paprika en kerstomaten en elk een stronk gebraiseerde witlof, maar dat laatste paste niet goed bij het gerecht. We keken dan naar de verfilming door Joss Whedon van Shakespeares Much Ado About Nothing, dat ik speciaal voor deze gelegenheid was beginnen te lezen (ik kwam nog niet verder dan het begin van het vierde bedrijf), maar ik vond het maar niets: die gladde zwart-witte beelden die mij meer aan reclamefoto’s voor mannenparfums deden denken dan aan de zestiende-eeuwse setting die ik me eerder op de dag had proberen voor te stellen – en bovendien ging het wel erg snel met al die personages, zodat ik ze niet uit elkaar wist te houden, hoewel ik al met ze had kennisgemaakt in de tekst van Shakespeare, die in de film vrij nauwkeurig wordt gevolgd. Ik ging dan maar een Irish coffee klaarmaken, en die lukte aardig, en dan dronken we nog whisky omdat terugkeren naar wijn er niet meer inzat en we hadden het over de vriendschap, maar dat staat me al niet meer zo goed voor de geest want het zat in die geest al niet meer zo helder als in het begin van de avond, toen we het over waanzin hadden gehad, en over het ongeluk dat deze week voor S.’s deur was gebeurd (die vrouw had er anderhalf uur gelegen en ze dienden haar de eerste zorgen toe en er stond een man naast met zijn handen in het haar en S. was nu boos op zichzelf omdat ze hem geen kop koffie had aangeboden, maar daarvoor was ze zelf te overstuur geweest), en we hadden het ook over Facebook en over de foto’s die ik nog altijd elke dag opstuur, en over schrijven natuurlijk. (Die vrouw is dan de volgende nacht overleden, dus nog tijdens haar huwelijksreis. Haar man, kersvers weduwnaar dus, heeft zijn wanhopige kerstavond wellicht in Dieppe doorgebracht.) En na het hoofdgerecht en voor de film, die we dus maar half bekeken, deden we samen de afwas in de keuken, en het ontroerde me dat S. al niet meer wist waar de lade was waarin de pollepel moest, en waar ze de coupes moest terugzetten waaruit we, bij de oesters, de champagne hadden gedronken. ¶