zaterdag 25 augustus 2012

los ingeslagen 3

120725 Uitgeteld door de hitte houden we na ons middagmaal in de Café des Bons Amis in het Luxemburgse Remich (waar we vriendelijk werden bediend door een enigszins verloren gelopen Portugese uit de Algarve) een siësta in de schaduw van een treurwilg op de oever van de Moezel. Ik sluit mijn ogen en luister tussen slapen en waken naar het verkeer dat achter mij op de rijksweg (rood op de Michelin) voorbijraast en voor mij, in de vorm van jetski’s, de Moezel onveilig maakt. Ik luister ernaar en realiseer me hoe allesbepalend dit geluid is, hoe omvangrijk, hoe storend en ook hoe storend het feit dat we het blijkbaar gewoon zijn en het voor lief nemen. Ik hoor motoren, tientallen motoren, honderden motoren. Ik realiseer me dat al die tuigen met een individuele motor zijn uitgerust. En dan probeer ik te differentiëren en uit het amalgaam van motorgeluiden de luidruchtigste motor eruit te pikken en een tijdje te volgen. Dat is een intensieve oefening, een die het  gehoor scherpt. Sommige motoren verzinken al snel opnieuw in die geluidenbrij, andere dragen erg ver of zijn buitengewoon hoog van toon en blijven daardoor bijzonder lang hangen en verdwijnen pas uit dit geluidsdecor als je ze bijna niet meer kunt horen.